Kerk & religie

Ds. Korving (CGK) met emeritaat: Woord verstaan is gewetenszaak

Het verlangen naar het predikantschap kwam „niet bij hemzelf” vandaan. En aan het eind van zijn werkzaamheden als ”domenai” op Urk wil ds. H. Korving dan ook niet dat zijn persoon, maar de Heere de eer krijgt voor Zijn trouw. „Hij heeft Zijn kracht in mijn zwakheid volbracht.”

Gertrude de Wildt-Brouwer
2 October 2021 15:29
Ds. H. Korving. beeld Sjaak Verboom
Ds. H. Korving. beeld Sjaak Verboom

„Een ding heb ik van de Heere begeerd, dat zal ik zoeken: dat ik al de dagen mijns levens mocht wonen in het huis des Heeren, om de lieflijkheid des Heeren te aanschouwen, en te onderzoeken in Zijn tempel.” Het is die tekst die aansluit op hoe Hein Korving het als leerling op het gymnasium in Rotterdam beleeft, nu zo’n vijftig jaar geleden. Hij wil predikant worden, ook al voelt hij zich nog wel heel jong.

Na zijn studie aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA) begint zijn loopbaan als predikant in de christelijke gereformeerde kerk in het Friese Drogeham. Hij is dan 24 jaar oud. Korvings vrouw herinnert zich nog goed dat een van de eerste begrafenissen die haar man moest leiden, er een van een jongeman van twintig was, die bij een bedrijfsongeval om het leven kwam. Haar man reageert: „Ik heb veel zelf moeten uitzoeken. In die tijd was er nog geen stage en had je geen mentor. En de kerkenraad zei: „De dominee weet het, want hij heeft ervoor geleerd.” Het was veel bidden om wijsheid en woorden. Of soms juist geen woorden, even een poosje niets zeggen, maar luisteren.”

Hoewel ds. Korving in zijn opleiding de oefening in de praktijk miste, denkt hij met respect terug aan de TUA. „Professor Velema bracht de theorie over de praktijk van het pastoraat wel dichtbij. Mijn docenten –Van Genderen, Velema, Van ’t Spijker– zijn allemaal overleden. Dat vervult mij wel eens met weemoed. Ze hebben mijn exegetisch geweten gevormd.”

Met een exegetisch geweten bedoelt ds. Korving „dat het een gewetenszaak is om Gods Woord te willen verstaan. Het is belangrijk om niet op de klank af te interpreteren. Dat je iets met gloed en verve gaat verkondigen dat niet overeenkomt met wat er staat of met de rest van de Bijbel.” Ds. Korving citeert Jesaja, die beleed „een man van onreine lippen” te zijn.

Verstaanbaarheid

Op het bijzettafeltje naast z’n fauteuil heeft de Urker predikant de ”Bijbel met uitleg” liggen. De Statenvertaling is hem lief. „Maar juist vanwege die waardering heb ik er destijds voor gekozen om ja te zeggen toen ik gevraagd werd om mee te werken aan de Herziene Statenvertaling. Want ik heb Gods Woord lief boven alles, zelfs boven de Statenvertaling.”

Ds. Korving verwijst naar de zeventiende-eeuwse predikant Johannes Bogerman. Toen de Statenvertaling gereed was, sprak die de woorden uit Handelingen 2:11: „Wij horen hen in onze talen de grote werken Gods spreken.”

Ds. Korving: „Maar de taal van de zeventiende eeuw is niet meer onze taal. We zouden raar staan te kijken als een predikant zondagmorgen de voorbede zou aankondigen met de woorden: „Laten wij thans voorbidding doen voor enkele kranken in ons vlek.” De Statenvertaling had een update nodig, als vorm van respect voor Gods Woord. Ik heb meegewerkt aan de herziening van onder andere een aantal hoofdstukken uit de Evangeliën en de Efezebrief.”

In de gemeente die ds. Korving dient, ligt het gebruik van de Herziene Statenvertaling gevoelig. De predikant heeft daar begrip voor. „Bepaalde teksten zijn je dierbaar. Als de Heere tot je hart gesproken heeft, bewaar je dat in die bewoordingen. Toch ben ik blij dat de vertaling er gekomen is, alleen al als ik kijk naar m’n catechisanten. Zij struikelen over teksten, die ik met mijn talige achtergrond nog moeilijk vind. En soms zorgt de oude tekst van de Statenvertaling ook voor misvattingen. Als er bijvoorbeeld staat dat Jezus wandelde, wordt er eigenlijk bedoeld dat hij lopend onderweg was van het ene naar het andere dorp. Het woord wandelen wekt een heel andere suggestie.”

Eindeloos

Van 2006 tot 2020 was ds. Korving met veel genoegen voorzitter van het deputaatschap zending. „In die functie kreeg ik er zicht op dat Gods Koninkrijk eindeloos uitgebreid is, in allerlei landen, talen, culturen en gewoonten. Dat vind ik mooi om te zien.”

Bij zijn aantreden maakt het zendingsdeputaatschap een strikte scheiding tussen de besturende en de uitvoerende tak van de zendingsorganisatie. „Ik wilde niet een slager zijn die z’n eigen vlees keurde. Maar achteraf bezien, voerden we de reorganisatie te strikt door. Zo ging ik in de eerste jaren ook niet op reis naar zendingsgebieden. Toen ik mijn eerste reis maakte, ontdekte ik pas hoe leerzaam zo’n bezoek is. Het kweekt meer begrip voor de vragen waar zendelingen mee worstelen.”

Ook de stichting Shaare Zedek, die het belang van het gelijknamige ziekenhuis in Jeruzalem dient, wordt voorgezeten door de predikant. „Dat is mijn lijntje naar het Joodse volk. We danken alles aan de God van Israël. Onze Zaligmaker was een Jood. God zegent liefde voor Zijn volk: „Wel moeten zij varen die u beminnen.””

Dubben

Nu ds. Korving met emeritaat gaat, hoopt hij pastoraal werk te blijven verrichten op Urk. „Het was een conflict tussen mijn geloof en mijn gevoel, toen ik hiernaartoe moest. De Heere gaf me genade om te gaan en het vlees te kruisigen, want in 2009 was ik graag bij mijn kinderen in Leerdam gebleven.” Alleen de jongste zoon van het gezin met acht kinderen verhuisde toen mee naar Urk.

De liefde voor het vissersdorp is in de achterliggende 12,5 jaar gegroeid. „Ik kan het Woord hier kwijt. Ik ontmoet hier veel mensen die leven met de Heere. Na veel praten, dubben en bidden hebben mijn vrouw en ik besloten om hier te blijven wonen. Dit is mijn negende woonplaats, eigenlijk ben ik nergens meer thuis. Maar hier willen we voorlopig blijven. En onze toekomst is in Gods hand.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer