Algemene coronasteunregelingen lopen op 1 oktober af
De algemene coronasteunregelingen lopen zoals verwacht op 1 oktober af, heeft het kabinet maandag officieel bekendgemaakt. Het voortzetten van steun aan werkgevers en ondernemers „zou het economisch herstel in de weg zitten”, aldus demissionair ministers Wopke Hoekstra (Financiën), Wouter Koolmees (Sociale Zaken) en Stef Blok (Economische Zaken).
Voor bedrijven die op last van de overheid nog gesloten zijn, zoals nachtclubs en disco’s, komt er nog een regeling. „Zo’n gerichte regeling is zeer complex en vraagt veel van de uitvoeringsorganisaties”, aldus de ministers.
Wel kunnen ondernemers nog eventjes gebruik maken van bepaalde kleinere regelingen. Daarnaast komt de werktijdverkorting terug en worden de regels rond bijzondere bijstand voor zelfstandigen versimpeld. Ook blijven de financieringsregelingen van kracht voor bedrijven die geld nodig hebben om op korte termijn aan hun verplichtingen te voldoen.
Toen het kabinet half augustus bekendmaakte dat de nachthoreca tot 1 november dicht moet blijven, zei premier Rutte al wel dat de sector vanwege dat besluit ook ná 1 oktober op financiële steun kon rekenen. Maar meer details over hoe die steun eruit komt te zien, geeft het kabinet maandag nog niet. Wanneer er precies duidelijkheid komt, kon Blok nog niet zeggen. „Zo snel mogelijk”, was zijn antwoord.
Het garantiefonds dat al bestond voor evenementen loopt door tot het einde van het jaar. Voor toeleveranciers van evenementen is er geen aparte regeling, maar als een organisator van een evenement steun krijgt, kan die die steun gebruiken om zijn toeleveranciers te betalen.
Minister van Financiën Wopke Hoekstra zei dat de steunpakketten „in de orde van grootte” van 80 miljard hebben gekost. „Dat is een exceptioneel bedrag dat we met z’n allen hebben gefinancierd”.
Maar met de gunstige economische vooruitzichten is het volgens Hoekstra nu wel tijd om de generieke steunmaatregelen te beëindigen. Als de steun wordt voortgezet „loop je het gevaar dat mensen niet van de ene sector, waar geen werk is, op zoek gaan naar werk in een sector waar ze hard nodig zijn”. Brede steun is nu niet meer „nodig of verstandig”, aldus Hoekstra.