Kleine christelijke gemeenschap Kaukasus nu propagandawapen
Een christelijke communiteit op de Kaukasus werd tot voor kort verloren gewaand. Door de aandacht van politieke leiders in de regio staat de gemeenschap echter plotseling weer in de belangstelling.
Azerbeidzjan behaalde vorig jaar een overwinning op Armenië in de oorlog rond de enclave Nagorno-Karabach. Sinds het einde van deze oorlog hebben zowel politici als academici in Azerbeidzjan hun aandacht gericht op een obscure groep waarvan lange tijd werd aangenomen dat deze was uitgestorven: de Kaukasische Albaniërs.
Het Albanië waarover het hier gaat, was een oud koninkrijk op de Kaukasus dat zich bevond op het grondgebied van de huidige republiek Azerbeidzjan. Net als de buurlanden Georgië en Armenië namen de Albaniërs in de vierde eeuw het christendom aan. In de negende eeuw verdwenen ze echter als gevolg van Arabische veroveringen. Er bestaan theorieën dat ze volledig opgingen in de Turkse, Armeense en Georgische volkeren. Er was echter een kleine groep van deze Albaanse christenen die weigerde te assimileren. Ze worden de Udi-christenen genoemd en volgens voorzichtige schattingen leven er vandaag nog zo’n 10.000 Udi’s, met name in Azerbeidzjan.
Politici in Azerbeidzjan, onder wie president Ilham Aliyev, leggen momenteel bijzonder veel aandacht aan de dag voor deze Albaanse christenen en dan met name de Udi’s. De officiële theorie luidt dat de inwoners van het huidige Azerbeidzjan Turkse nomaden waren, islamitische veroveraars. Momenteel wordt echter een heel andere versie naar voren geschoven. De inwoners van hedendaags Azerbeidzjan zouden eigenlijk de afstammelingen zijn van deze christelijke Albaniërs. Inheemsen dus, net als de bewoners van het naburige Armenië en Georgië.
Tot hier lijkt het een vrij onschuldige kwestie, maar het venijn zit in het vervolg. Azerbeidzjan claimt nu dat de Armeniërs in de 19e eeuw door tsaristisch Rusland naar deze regio werden gebracht. Met Russische hulp zou de Armeense Apostolische Kerk de kerken van de Albaanse christenen in beslag hebben genomen. De Armeense Apostolische Kerk zou inscripties hebben toegevoegd en de architectuur van deze kerken hebben veranderd om hun Albaanse origine te verdoezelen. Dit geldt ook voor de Armeense kerken in Nagorno-Karabach. Ze zouden oorspronkelijk hebben toebehoord aan de Albaanse christenen die in het huidige Azerbeidzjan leven.
President Ilham Aliyev zei 25 november vorig jaar in een toespraak dat „Armeense historici deze oude Albaanse kerken hebben vervalst. Ze hebben zich deze kerken toegeëigend.” De Udi-christenen zijn ongewild het middelpunt geworden van deze propagandaoorlog. Aangemoedigd door Azerbeidzjan ontstond binnen de gemeenschap van Udi-christenen het idee om opnieuw een Albaanse Kerk op te richten. Robert Mobili is een belangrijke religieuze leider binnen de Udi-communiteit. Zijn toespraken sluiten aan bij de retoriek van de Azerbeidzjaanse politici. Zo beweerde hij in een interview oktober vorig jaar dat „de restauratie van de Albaanse Apostolische Kerk de grootste klap zal zijn die de Armeniërs zullen ontvangen.”
Sinds het einde van de oorlog in Nagorno-Karabach eind vorig jaar heeft Robert Mobili een aantal Armeense kerken bezocht in deze betwiste enclave, soms in het gezelschap van president Aliyev. Deze Armeense kerken zouden volgens hen feitelijk Albaanse kerken zijn. Dit zou ook gelden voor kerken en kloosters in zowel Georgië als Armenië. Dit alles veroorzaakt tegenstellingen tussen kerken in deze regio. De bisschop van de Syrisch-Orthodoxe Kerken in het Turkse Mardin staat welwillend tegenover de wensen van de Udi-christenen. Voor de oecumene is dat een slechte zaak.