Religieus vredeswerk moet kloof dichten
Gezamenlijk vredeswerk van christenen, moslims en aanhangers van andere godsdiensten kan de groeiende kloof tussen moslims en niet-moslims helpen dichten en de „spiraal van vooroordelen, onbegrip en verbaal geweld” sinds de moord op Theo van Gogh een halt toeroepen.
Dat zei algemeen secretaris Jan Schaake van de organisatie Kerk en Vrede vrijdag. Kerk en Vrede viert vandaag in Amsterdam haar tachtigjarig jubileum, met onder meer de presentatie van een werkgroep interreligieus vredeswerk. Die komt met een ”bruggenproject” dat individuen en organisaties concrete suggesties biedt om relaties aan te knopen met andersgelovigen en die contacten een bredere uitstraling naar buurt en maatschappij te geven.
Christenen en moslims die elkaar goed hebben leren kennen, kunnen bijvoorbeeld koppels vormen die zich presenteren bij de verbanden waartoe zij behoren, zoals buurtvereniging, kerk, moskee en schoolbestuur. Ook pleit Kerk en Vrede ervoor dat christenen en moslims in hun interreligieuze gesprekken maatschappelijke thema’s als discriminatie, geweld en homoseksualiteit aan de orde stellen. „Daarmee maken ze hun dialoog ook interessant voor niet-gelovigen”, aldus Schaake.
De pacifistische beweging Kerk en Vrede blijft zich volgens Schaake richten op het ontrafelen van wat schuilgaat achter de „religieus geladen taal” waarop extremisten hun gewelddadig gedrag baseren. „Zo gaat het bij de moord op Van Gogh niet alleen om een religieus fanaticus, maar ook om het isolement en de achterstandpositie van moslims.”
Schaake wees erop dat niet alleen moslimextremisten als Bin Laden geweld propageren met een beroep op de godsdienst. Ook rechtse christenen als de Amerikaanse president Bush maken zich daar volgens hem schuldig aan. „Kerk en Vrede is tachtig jaar geleden onder meer opgericht om de religieuze rechtvaardiging van geweld aan de kaak te stellen. Dat is vandaag de dag nog steeds actueel.”