CU beraadt zich op coalitie na 15 mei
De ChristenUnie beraadt zich dezer dagen op de vraag welke houding zij moet aannemen wanneer zij na 15 mei bij coalitiebesprekingen wordt betrokken. „De kans daarop is groter dan ooit, en als zij zich aandient moeten we er klaar voor zijn”, aldus fractievoorzitter Van Dijke.
PvdA-kamerlid Middel schreef van de week een column in het blad ”De aanpak” waarin hij de ChristenUnie tot zijn ’dreamteam’ rekende dat na 15 mei een linkse „Volksfrontregering” moet gaan vormen. Kopstukken van de PvdA als Melkert en Duivesteijn lieten zich al eerder positief uit over de mogelijke deelname van de ChristenUnie aan een progressieve coalitie. En de peilingen maken dat perspectief niet eens irreëel: PvdA, CDA en GroenLinks hebben voorlopig de ChristenUnie nodig om een kamermeerderheid te halen.
Uit al deze signalen heeft de ChristenUnie de conclusie getrokken dat zij zich diepgaand moet beraden op haar houding en positie na de verkiezingen van 15 mei. „Als de vraag op ons afkomt, moeten we ons huiswerk gedaan hebben”, aldus Van Dijke, die de bezinningsbijeenkomsten leidt waaraan ook lijsttrekker Veling, partijvoorzitter Van Daalen en directeur Kuiper van het wetenschappelijk bureau deelnemen.
„Wij willen ons christelijk-sociaal gedachtegoed zo breed mogelijk voor het voetlicht brengen”, zegt Van Dijke. „Niet per definitie in de oppositie, maar ook niet koste wat het kost in een coalitie. Maar als het kan, willen wij tot een coalitie toetreden. Maar het kan alleen wanneer wij op enkele aansprekende punten aantoonbare winst kunnen boeken. We moeten aan onze achterban kunnen uitleggen dat wij er ons, gezien onze verantwoordelijkheid, niet aan konden onttrekken om mee te doen.”
Die „aansprekende punten” betreffen sociale, ecologische en medisch-ethische thema’s. „We begrijpen best dat ons verkiezingsprogramma en het nieuwe regeerakkoord niet zullen samenvallen. Maar onze toekomstige kring van gesprekspartners moet wel begrijpen dat onderwerpen als abortus en euthanasie, de opheffing van het bordeelverbod, de zondagsrust en artikel 23 van de Grondwet voor ons geen gesloten dossiers zijn.”
„In een kabinet-Melkert I of -Balkenende I kan niet alles worden teruggedraaid, maar willen wij op een geloofwaardige manier kunnen deelnemen, dan moeten we op al die punten substantiële winst kunnen boeken.”
Op de concrete vraag wanneer er volgens de ChristenUnie sprake van „substantiële winst” zal zijn, wilde Van Dijke dinsdagmiddag -na een bijeenkomst in een zaaltje van het kamergebouw- niet ingaan. Eerder heeft hij gezegd dat er in ieder geval meer geld moet komen voor palliatieve zorg, zodat de vraag naar euthanasie zal afnemen.
„We moeten nuchter blijven en ons niet breder maken dan we zijn”, aldus Van Dijke. „Maar de kiezers moeten wel begrijpen dat wat eertijds onmogelijk was, nu niet uitgesloten is. Het woord is nu aan hen om ons in staat te stellen de kans te grijpen die zich niet gemakkelijk zal herhalen. En laten we wel wezen: voor de kleur van de coalitie maakt het nogal verschil of het CDA daarin 33 zetels heeft en wij vijf, of het CDA 29 zetels en wij acht.”