Acht gewonden door noodweer in Leersum en 7 gaslekken
Door het noodweer in Leersum zijn vrijdagavond acht mensen gewond geraakt. Zes van hen zijn lichtgewond, twee zijn zwaargewond, zegt een woordvoerder van Veiligheidsregio Utrecht. Er zijn door de enorme windvlaag die over het dorp en omgeving ging zeven gaslekken ontstaan.
De aard van het letsel van de gewonden is nog onduidelijk, zegt de woordvoerder. De veiligheidsregio had eerst geschat dat er zo’n 13 gaslekken waren, maar dit aantal bleek lager te liggen, „waarschijnlijk door een aantal dubbele meldingen”. Zes van de lekken zijn gedicht, aan de laatste wordt nog gewerkt. Omdat het donker is, zal dat voor de hulpdiensten ook de laatste klus van de avond zijn.
Iedereen zal vanavond weer naar huis kunnen, verwacht de woordvoerder. Het Rode Kruis stond klaar met een opvanglocatie. „Daarna moeten we kijken hoe we de boel weer veilig krijgen, want takken van bomen zitten los en ze staan wankel. Nu kunnen we slecht zien wat er moet gebeuren.” Zaterdag zal voor bewoners een speciaal punt komen voor nazorg en waar informatie wordt gegeven over het afhandelen van schade aan de woning.
Toch druppelden ook na middernacht nog steeds getroffen bewoners binnen met hulpvragen. Het opvangcentrum zal daarom open blijven en bemand worden door hulpverleners van het Rode Kruis. Zij zorgen voor eten en drinken, bieden een luisterend oor en kunnen helpen met het regelen van praktische zaken. De hulporganisatie gaat ook met een bus de getroffenen naar hotels in de buurt brengen.
De woordvoerder van de veiligheidsregio benadrukt dat, net als vrijdagavond, ook morgen niemand naar het gebied moet komen. „Dagjesmensen moeten niet naar het bos in Leersum en Amerongen komen, want er zitten veel losse takken aan de bomen. Het is echt te gevaarlijk in het bos.”
De storm vrijdagavond in Leersum was volgens buurtbewoners met „tien à twintig seconden” van korte duur, waarna ze een harde klap hoorden. Wie op tijd naar buiten keek zag nog net een boom omvallen, daarna was er overal veel puin. Al snel startten de bewoners met opruimen. Veel wegen waren niet begaanbaar, waardoor ze eerst de provinciale weg hebben vrijgemaakt en daarna in de woonwijken bezig zijn gegaan.