Meditatie: Liefde
Wie de Heere lief gekregen heeft, heeft iets ervaren van de liefde Gods, zoals Jeremia daarvan getuigd heeft: „Ik heb u liefgehad met een eeuwig liefde. Daarom heb Ik u getrokken met goedertierenheid.” Daarom kunnen Gods kinderen getuigen: „Wij hebben Hem lief, omdat Hij ons eerst liefgehad heeft.”
Ja, daar weet de Heere van! Dat is Zijn eigen werk. Van dat werk geeft de Heere bij tijden Zélf getuigenis in vers 14 van Psalm 91: „Dewijl hij Mij zeer bemint, spreekt God.” Het woord ”beminnen” betekent ook ”gehecht zijn aan” of ”verlangen naar”. Degenen die God liefhebben, zijn dus aan Hem gehecht. Die verlangen steeds naar Hem.
O, wat een heerlijke getuigenis van de allerhoogste God! Kan de Heere dat ook van u en jou getuigen? Hebt u God lief? Bemin jij de Heere? Wat zou uw en jouw antwoord zijn als de Heere zo heel persoonlijk zou vragen: „Hebt gij Mij lief?” Versta je Simon Petrus dan, die onder tranen mocht belijden: „Heere, Gij weet alle dingen, Gij weet dat ik U liefheb”? Wie dat in waarheid mag belijden, heeft inderdaad de Heere lief. Dan zegt de Heere tot u en jou: „Dewijl hij Mij zeer bemint, spreekt God.” Dat vloeit voort uit het kennen van Zijn Naam.
Aan het einde van vers 14 laat hij de Heere zeggen: „…want hij kent Mijn Naam.” Dat is ”ervaringskennis”, die ervaren wordt door de omgang met de Heere. Het gaat om bevindelijke geloofskennis van de Naam des Heeren. De Naam des Heeren is geopenbaard in het Woord. De Naam des Heeren zegt Wie de Heere is en wat Hij doet. De Heere weet wie Zijn Naam in waarheid kent. Daarom getuigt Hij: „Want hij kent Mijn Naam.”
Hoe zal Gods Geest die Naam leren kennen? De ware liefhebbers van de Heere gaan in de Naam des Heeren ontdekken dat God een zonde hatend en zonde wrekend God is. Door deze kennis zal de Heere u brengen tot de diepe kennis van uw eigen verderf, van uw schuld, van het doodsgevaar dat dreigt. Want de Heere is rechtvaardig, heilig en vol van waarheid.
Maar nu gaan de gunstgenoten des Heeren ook wat anders ontdekken in de Naam des Heeren! De Heere is namelijk ook barmhartig, genadig, lankmoedig, groot van weldadigheid en waarheid. En waar komen al die namen van de Heere nu zo heerlijk samen? In Christus Jezus, Zijn beminde Zoon! „Want gij zult Zijn Naam heten Jezus; want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden.”
Olie
Wie zó de Naam des Heeren mag kennen, is zeer gelukkig. Want dan bent u veilig bewaard. Dan zal de Heere u helpen uit alle benauwdheden. Dan zal de Heere u stellen op een hoogte waar uw doodsvijanden niet meer bij u kunnen komen. O wat hebben de liefhebbers van de Heere, die Zijn Naam kennen, dat dikwijls nodig. Wat een wonder als de Heere dat bij tijden kennelijk doet ervaren. Dan tilt Hij Zijn Kerk weleens boven alles uit. Dan doet Hij hen zien op Zichzelf. Dan laat Hij weten dat Hij hen liefheeft. Dan maakt Hij waar: „Uw Naam is een olie die uitgestort wordt; daarom hebben U de maagden lief.”