Vrees voor Europees verbod op bodemvisserij
Onder Nederlandse Noordzeevissers is onrust ontstaan over de Biodiversiteitsstrategie 2030 waarover het Europees Parlement (EP) dinsdag een standpunt inneemt. Kottervissers vrezen het begin van het einde van alle bodemvisserij, nadat eerder al de pulstechniek door Europa werd verboden. Ook de pelagische visserij (diepvriestrawlers) ligt onder vuur.
Inperking van de bodemvisserij zou een zware slag betekenen voor de een kleine driehonderd schepen tellende Nederlandse kottervloot. Die vist op de Noordzee en Waddenzee onder meer op tong, schol en garnalen met technieken die de zeebodem beroeren, zoals de boomkor.
Actiegroep Eendracht Maakt Kracht, waar veel Nederlandse en Belgische Noordzeevissers bij zijn aangesloten, spreekt van een „radicale beleidswens” van „dezelfde coalitie van milieuorganisaties en politieke partijen die de pulsvisserij vernietigde.”
De pulstechniek, die gebruikmaakt van elektriciteit, was door Nederlandse kottervissers juist ontwikkeld als duurzaam alternatief voor de boomkor. Het pulsvissen werd door zo’n 80 Nederlandse schepen beoefend. In 2019 volgde een Europees verbod, na een lobby van Franse milieuactivisten.
Het EP debateert maandagmiddag in Straatsburg over een resolutie over de biodiversiteitsstrategie, die dinsdag in stemming komt. Daarin toont het parlement zich bezorgd over de „wijdverbreide verstoring van de zeebodem” door bodemtrawls. Dit vistuig „draagt het meest bij” aan het teruggooien van vis in zee en „heeft een zeer nadelig effect” op de zeebodem. De bodemvisserij moet daarom worden beperkt, stelt de resolutie, en moet worden beëindigd in gebieden „met kwetsbare mariene ecosystemen”, ook in gebieden waar die slechts worden vermoed.
De resolutie raakt ook de pelagische visserij, dat is de visserij met diepvriestrawlers op soorten die in scholen leven zoals haring en makreel. Aan de Europese Commissie wordt gevraagd om een definitie van ”supertrawlers” op te stellen en maatregelen te overwegen om hun activiteiten in EU-wateren te beperken. De pelagische vloot zou zelfs helemaal weg moeten blijven uit beschermde gebieden op zee.
De term supertrawlers wordt vaak gebruikt door milieuactivisten, vanwege de omvang van de schepen. Die zijn groter dan kotters, maar dat heeft niet te maken met de toegepaste vangsttechniek. Aan boord is veel ruimte nodig omdat de vis direct na de vangst op het schip zelf wordt verwerkt en ingevroren.
Dinsdag stemt het EP eerst apart over twee paragrafen waarin respectievelijk de bodemvisserij en de diepvriestrawlers onder vuur liggen. ’s Avonds volgt de eindstemming over de resolutie.
De Nederlandse Europarlementariërs Bert-Jan Ruissen (SGP), Peter van Dalen (ChristenUnie) en Annie Schreijer-Pierik (CDA) willen dat de vistechnieken buiten schot blijven.
Ruissen laat weten sowieso tegen de biodiversiteitsstrategie te stemmen, ook al omdat die elke lidstaat wil verplichten 30 procent van het land en de zee tot beschermd natuurgebied te verklaren. „Wij vinden de doelen te ambitieus en te strikt. Bovendien zijn er nog helemaal geen impactstudies gedaan. De Europese Commissie lijkt wel eens te vergeten dat we land en zee ook nodig hebben om ons voedsel te produceren”, zegt Ruissen. Ook Schreijer-Pierik stemt tegen, aldus haar woordvoerster.
Van Dalen is vóór het beschermen van de biodiversiteit maar noemt de passages over de bodemberoerende visserij „schokkend” en „zeer nadelig.” Of hij met de resolutie kan insstemmen, hangt ervan af of de bewuste visserijparagrafen worden aangepast.
EMK-voorman Dirk Kraak wijst erop dat veel Europarlementariërs die over de resolutie beslissen niet uit landen komen die aan zee grenzen en „totaal niets hebben met de visserij.” Politici zijn volgens EMK „over het algemeen ook slecht geïnformeerd en laten zich leiden door emotioneel geladen verhalen van milieuclubs.”
EMK herkent in de resolutie die invoed van het zogeheten Blue Manifesto. Begin 2020 ondertekenden ruim honderd natuur- en milieuorganisaties uti Europa dit stappenplan op weg naar „gezonde zeeën.” Daaronder zijn het Wereld Natuur Fonds, Stichting De Noordzee, Vogelbescherming Nederland en Greenpeace. Het manifest streeft naar 30 procent voor de visserij gesloten gebieden in 2030, een verbod op bodemberoerende visserijtechnieken en een einde aan belastingvoordelen op brandstof voor vissersschepen.