Ds. Methorst wil schouder aan schouder staan met vervolgde kerk
In aanloop naar de Zondag voor de Vervolgde Kerk deelt ds. H. I. Methorst een preekschets over christenvervolging. „Geloven doe je niet alleen.”
Tijdens deze eerste zondag na Pinksteren staan predikanten door heel het land stil bij de vervolgde kerk. Zo ook ds. Methorst, verbonden aan de hervormde wijkgemeente Eben-Haëzer in Apeldoorn. Deze dag –een initiatief van Open Doors waarbij ook SDOK is aangehaakt– is niet voor niets gekozen, zegt hij. „Met de uitstorting van de Heilige Geest komt de wereldkerk in beeld.” Ook startte na het pinksterfeest al snel de vervolging van de christelijke gemeente.
U preekt niet alleen over het thema, maar stelt via SDOK ook een preekschets ter beschikking. Waarom?
„Iedere zondag belijden we met de Twaalf Artikelen de algemene christelijke kerk. Daarbij gaat het om de gemeenschap der heiligen. We zijn als leden van het ene lichaam van Christus aan elkaar verbonden. Daarom is het belangrijk dat we op álle leden van de wereldkerk betrokken zijn. Het gaat ons echt allemaal aan dat anderen lijden om Jezus’ wil. Vanuit die gedachte wilde ik voor deze zondag iets aanreiken.
Toen ik het idee voorlegde aan SDOK waren ze gelijk enthousiast. Zij hebben de preekschets nog uitgebreid met ander materiaal. Die bevat nu ook verhalen van vervolgde christenen, gespreksvragen en werkvormen voor de kinderen.”
Een preekschets is in de eerste plaats bedoeld voor predikanten. Blijkbaar kunnen sommigen een stimulans gebruiken?
„Het is inderdaad niet snel genoeg wat mij betreft, al is er binnen mijn kerkelijke richting –de Gereformeerde Bond– zeker aandacht voor de vervolgde kerk. Ik weet ook wel dat een predikant al aan zo veel dingen moet denken, maar ik hoop dat deze preekschets dusdanig verrast dat predikanten er deze zondag extra bij stilstaan.”
Geeft u het thema vervolging vaker een plek in uw preken?
„Regelmatig. Al moet de tekst zich er voor lenen. Als ik terugdenk aan de laatste jaren, dan heb ik wel iedere eredienst voor de vervolgde kerk gebeden. Dat is misschien nog wel belangrijker dan preken.
Ik heb het idee dat gemeenteleden hierdoor meer op de vervolgde kerk betrokken zijn. Onlangs baden wij tijdens de eredienst voor ontvoerde meisjes in Nigeria. Enkele dagen later werden ze vrijgelaten. Veel gemeenteleden wezen mij daar vervolgens op. Hoewel dat niet expliciet over vervolgde christenen ging, geldt voor het gebed: hoe concreter, hoe beter.”
Hoe bent u betrokken geraakt op de vervolgde kerk?
„De directeur van SDOK, André van Grol, vroeg mij een aantal jaren geleden om ambassadeur van de organisatie te worden. Sindsdien is het vuur alleen maar meer gaan branden. Als ambassadeur vergroot ik de bekendheid van het werk van de stichting. Daar waar dat kan, lever ik een bijdrage. De preekschets ligt dus helemaal in het verlengde van mijn ambassadeurschap.”
U bezocht ook de vervolgde kerk. Welke ontmoeting heeft indruk op u gemaakt?
„De gesprekken met ex-moslims in Egypte een aantal jaar geleden blijven mij bij tot op de dag van vandaag. Ik was erbij toen één van hen werd gedoopt. Ik zie hem nog stralen toen hij opkwam uit het water. Tegelijkertijd was hij bang. Als zijn familie dit te weten zou komen, kon dat hem zijn leven kosten. Ik vroeg hem: „Wie is de Heere Jezus voor jou?” Toen gaf hij zo’n prachtig antwoord: „Hij onderwees mij, Hij raakte mij aan en Hij redde mij.” Het deed wat met mij dat een ex-moslim, ondanks alle angsten, dat zo vrijmoedig zei.”
In de rubriek ”Mee-lijden” krijgt steun voor vervolgde christenen een gezicht.
Naast predikant van de hervormde wijkgemeente Eben-Haëzer in Apeldoorn is ds. H. I. Methorst ambassadeur van SDOK. In die functie maakt hij anderen bekend met het werk dat deze organisatie doet voor vervolgde christenen.