Nieuw slavernijmuseum in Amsterdam moet ontmoetingsplaats worden
Een nieuw slavernijmuseum in Amsterdam moet een aanvulling zijn op bestaande musea over slavernij en een ontmoetingsplaats worden voor bezoekers van verschillende leeftijden, achtergronden en opleidingsniveaus. Dat zijn twee van de belangrijkste aanbevelingen uit een verkenning naar de komst van het museum.
Het rapport ‘Met de kracht van de voorouders’ wordt vrijdag overhandigd aan burgemeester Femke Halsema en wethouders Rutger Groot Wassink (diversiteit) en Touria Meliani (kunst en cultuur).
Het museum zou zich volgens deskundigen ook moeten richten op het tonen van de perspectieven, kracht en strijd van slaafgemaakten en hun nazaten, in plaats van een benadering waarin „enkel schuld en lijden centraal staan”.
Het idee voor een „nationale museale voorziening” over het slavernijverleden kwam al in 2017 tot stand door een initiatiefvoorstel van enkele leden uit de Amsterdamse gemeenteraad. De afgelopen tijd is de gemeente met de externe partijen NiNsee, Museum Zonder Muren en IZI Solutions bezig geweest met een verkenning naar waar het museum aan moet voldoen.
Ook over het gebouw en de locatie van het museum hebben de experts nagedacht. Zo zou een geschikte plek volgens hen het centrumgebied van de noordelijke IJ-oever zijn, of een prominente bestaande plek in de stad. „In het laatste geval wordt gedacht aan het Paleis op de Dam”, staat in het rapport. Tegelijkertijd geniet nieuwbouw veruit de voorkeur van de onderzoeksgroep. „Daarmee kan zichtbaar voor iedereen een krachtig architectonisch gebaar worden gemaakt.” Ook kleeft er aan nieuwbouw geen „koloniaal of ander belast verhaal”. Verder moet het museum dan aan stromend water liggen en omringd worden door een park.
„De materiële en immateriële erfenis van het slavernijverleden is van onschatbare waarde voor onze stad”, zegt Halsema. „Die moeten we zonder schroom of terughoudendheid koesteren. Zonder die erfenis, is het verhaal over waar we vandaan komen incompleet en blijft wie we willen worden onbereikbaar.”
Voor de zomer vragen de gemeente Amsterdam en het ministerie van OCW een gezamenlijk advies op het eindrapport aan de Raad voor Cultuur en de Amsterdamse Kunstraad. Naar verwachting is dat advies in het najaar klaar. Een besluit over het museum moet er in november komen.