Jeugdzorg hoopt dat het Rijk extra geld ‘daadwerkelijk’ overmaakt
Jeugdzorg Nederland hoopt dat het beloofde geld voor de jeugdzorg ook „daadwerkelijk door het Rijk wordt uitbetaald aan gemeenten” en dat het „gesteggel” daarmee ook stopt, aldus een woordvoerster. Zij gaat er van uit dat het geld vervolgens ook echt bij de jeugdzorg zelf terechtkomt.
Er moeten de komende jaren miljarden euro’s extra naar gemeenten om de jeugdzorg goed te kunnen uitvoeren. Jeugdzorg is echter niet zeker dat het geld ook daadwerkelijk bij de instantie belandt. „Gemeenten hebben enorme tekorten, je kan denken dat ze die dan aanvullen en ”that’s it””, aldus de woordvoerster van Jeugdzorg Nederland. De instantie kan niet beoordelen of er genoeg geld in een gemeente is. Wel is Jeugdzorg duidelijk over waar de extra miljarden heen moeten. „Naar de specialistische jeugdzorg, zoals naar leefgroepen, jeugd-ggd, pleegzorg en jeugdrecensenten.”
Vrijdag bespreekt het demissionair kabinet het rapport van een arbitragecommissie waarin volgens ingewijden staat dat het Rijk meer geld moet geven aan gemeenten voor jeugdzorg. Voor komend jaar gaat het om 1,9 miljard euro, voor 2023 en 2024 om 1,6 miljard, aldus de commissie. Dat bedrag loopt dan in de jaren erna af.
Arbitrage
De arbitragecommissie boog zich over een conflict dat al jaren speelt tussen de gemeenten en het Rijk over de financiering van de jeugdzorg. Onderzoek wees vorig jaar uit dat de gemeenten in 2019 zo’n 1,7 miljard euro meer hadden uitgegeven aan de jeugdzorg dan ze hiervoor van het Rijk ontvingen.
Jeugdzorg Nederland verwacht dat het kabinet niet om het vroegtijdig uitgelekte advies van de arbitragecommissie heen kan, maar moet nog zien hoeveel het Rijk echt overmaakt. „Er zijn de afgelopen jaren veel rapporten geweest waarin gemeenten moord en brand schreeuwen dat er te weinig geld is”, verklaart de woordvoerster het voorbehoud.
Ook FNV Zorg & Welzijn staat nog niet te juichen. De bond wacht het gesprek af van 1 juni met staatssecretaris Blokhuis (VWS), waarin de organisatie zal aangeven dat de jeugdzorg anders georganiseerd moet worden.