Opinie

Open dialoog buiten Bijbelse kaders biedt geen oplossing

Het gesprek onder christenen over bijvoorbeeld de plaats van man en vrouw heeft alleen nut als de Bijbel klip-en-klaar het richtsnoer is.

​Dr. C. S. L. Janse
15 May 2021 11:28
„Grote verschillen in Godsbeeld en geloofsovertuiging hangen vaak samen met een uiteenlopende Schriftbeschouwing.” veeld Unsplash
„Grote verschillen in Godsbeeld en geloofsovertuiging hangen vaak samen met een uiteenlopende Schriftbeschouwing.” veeld Unsplash

Het is belangrijk dat christenen elkaar elkaar zoeken te bewaren bij een Bijbels fundament, schreven de docenten Bakker en Vinke in antwoord op mijn bijdrage in Toegespitst (RD 8-5). Dat is zeker waar. Daarbij moeten we wel bedenken dat je christenen hebt in allerlei soorten. Er zijn vrijzinnigen en midden-orthodoxen, rooms-katholieken en oudkatholieken, evangelischen en gereformeerden en die laatsten ook nog in verschillende varianten. Grote verschillen in Godsbeeld en geloofsovertuiging hangen vaak samen met een uiteenlopende Schriftbeschouwing. De beide auteurs gaan daar in hun bijdrage veel te veel aan voorbij.

Schriftbeschouwing

De orthodoxe Schriftbeschouwing, zoals die in onze belijdenisgeschriften en bijvoorbeeld ook in de Westminster Confessie verwoord wordt, staat steeds meer onder druk. Zeker ook als het gaat om homoseksuele relaties of de plaats van man en vrouw. Als we beseffen dat al de Schrift door God is ingegeven (2 Timotheüs 3:16) en de Schrift niet kan gebroken worden (Johannes 10:35), gaan wij daar anders mee om dan velen in de kerk tegenwoordig doen. Ook dan kunnen er tal van vragen rijzen over de toepassing van de Bijbel in allerlei concrete situaties. In tijd en cultuur moeten we immers een grote afstand overbruggen. Er zijn niet altijd scherpe lijnen te trekken. Dan moeten we het zogezegd met stippellijntjes doen.

De grote problemen die veel hedendaagse christenen hebben met het Bijbelse spreken over homoseksualiteit of over de verhouding van man en vrouw zijn echter niet zozeer gelegen in het feit dat de Bijbel daarin niet duidelijk is. Hun probleem is veeleer hoe de Bijbel daarover onomwonden spreekt. Die boodschap kan en wil men niet aanvaarden. In de maatschappij kan men daarmee niet meer voor de dag komen en zelf is men daar ook ver vandaan gegroeid.

En dan geldt inderdaad: hier scheiden onze wegen. Een open dialoog biedt daarbij geen oplossing. We moeten beseffen dat een gesprek daarover alleen gevoerd kan worden binnen de Bijbelse kaders.

Integriteit

Betwijfelen we daarmee de integriteit van de ander? Doen we onrecht aan de oprechte intenties van medechristenen? Er is natuurlijk zoiets als de subjectieve eerlijkheid. Mensen kunnen verkeerde gedragingen en verwerpelijke opvattingen verdedigen, terwijl ze innerlijk overtuigd zijn van hun eigen eerlijkheid en oprechtheid.

Daarmee is natuurlijk niet alles gezegd. Onze subjectieve eerlijkheid is niet doorslaggevend. De Bijbel spreekt over mensen die de Schriften verdraaien tot hun eigen verderf (2 Petrus 3:16). Dat is geen geringe zaak.

Er zijn mensen die het kwade goed noemen en het goede kwaad (Jesaja 5:20). Dat komt ook voor binnen de kerk. Zo houdt de Protestantse Theologische Universiteit zich onder meer bezig met de inclusiviteit van kerken ten aanzien van lhbti’ers. In dat kader presenteerde men onlangs een regenboogindex. Het is niet best als je als kerk in de top van die ranglijst terechtkomt.

Ook in de brede gereformeerde gezindte gaat het de verkeerde kant uit. Zo’n vijftien jaar geleden werd in de Nederlands Gereformeerde Kerken de vrouw tot de ambten toegelaten. Een paar jaar geleden gebeurde dat in de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt. In de Christelijke Gereformeerde Kerken is de spanning op dit punt inmiddels hoog opgelopen. Ook ten aanzien van homoseksuele relaties zijn de verschuivingen duidelijk aanwijsbaar.

Van Bruggen

De gereformeerd vrijgemaakte prof. dr. J. van Bruggen schreef, bijna vijftig jaar geleden, het waardevolle boekje ”Emancipatie en Bijbel”. Wanneer wij de onderscheiden positie van man en vrouw niet meer als uitgangspunt nemen, zo beklemtoonde hij daarin, dan zullen ook kerkleden het christelijk huwelijk en de afwijzing van vrouwelijke ambtsdragers op den duur gaan zien als onsympathieke en onbegrijpelijke uitzonderingen op de gelijkheidsregel. Uitzonderingen die men op den duur zal laten vallen.

De gang van zaken in zijn eigen kerk heeft inmiddels de juistheid van deze stelling aangetoond. Vandaar ook dat ik in mijn artikel sterk de nadruk heb gelegd op het belang van het Bijbelse kader in dezen.

De auteur is oud-hoofdredacteur van het Reformatorisch Dagblad.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer