Excuses politieleiding Rotterdam voor hinderen fotograaf
De leiding van de Rotterdamse politie heeft een professionele fotograaf excuses aangeboden voor hoe agenten 8 april met hem omgingen toen hij foto’s maakte van een oefening van een antiterreureenheid in Hoek van Holland. Ook krijgt de fotograaf een schadevergoeding van enkele duizenden euro’s, zegt zijn advocaat Frank van Ardenne.
De fotograaf werd 8 april door agenten met geweld verhinderd zijn werk te doen en hardhandig verwijderd, terwijl de oefening op een openbare locatie plaatsvond, meldt de politie zelf ook. Volgens Van Ardenne ging het om een oefening waarvoor ieder jaar normaal gesproken de pers wordt uitgenodigd, maar dat gebeurde dit jaar vanwege de coronapandemie niet. Bij de oefening stonden echter nog wel andere mensen die geen journalist zijn foto’s te maken.
De advocaat zegt dat twee agenten ter plaatse aan de fotograaf, die er foto’s maakte in opdracht van een krant, aangaven dat hij verder weg moest gaan staan, omdat hij een te goede camera had. Leden van het arrestatieteam lopen verhoogd veiligheidsrisico en zijn daarom voorzichtig met het prijsgeven van hun ‘gezicht’, aldus de politie. „In de beleving van de agenten was het beter voor de privacy van de oefenende agenten dat de fotograaf stopte met het nemen van foto’s”, stelt de politie in een persverklaring.
Toen de fotograaf aangaf dat hij het volste recht had om te fotograferen, werd hij volgens de politie na discussie over en weer, ten onrechte met geweld gehinderd zijn werk uit te oefenen en hardhandig verwijderd. De fotograaf liep daarbij een pijnlijke nek en bloeduitstortingen op. „Maar het was voor hem vooral heel schokkend en vervelend dat dit hem overkwam terwijl hij gewoon aan het werk was”, zegt Van Ardenne.
De leiding van de Rotterdamse politie geeft aan dat dit niet had mogen gebeuren. De politie citeert hierbij de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ), die zegt dat journalisten op straat en in openbare ruimtes opnamen mogen maken. „Journalisten en politiemensen dienen elkaars rollen over en weer te respecteren. Beide partijen dienen een publiek belang en moeten zich inspannen elkaar het werk niet onnodig moeilijk te maken”, zo stelt de NVJ. De politie zegt „uiteraard” achter dit standpunt te staan en veel belang te hechten aan een goede omgang met de pers.
De betrokken agenten zijn aangesproken op de kwestie. Inmiddels heeft er ook een gesprek plaatsgevonden tussen de fotograaf en het bewuste basisteam en met de leiding van de politie Rotterdam. „De fotograaf in kwestie heeft in een persoonlijk gesprek excuses gekregen en aanvaard”, aldus de politie.
Volgens Van Ardenne wilde de fotograaf vooral bewerkstelligen dat de leiding van de politie inziet dat er kennisverbetering moet plaatsvinden bij agenten op straat over de rechten en plichten van journalisten. „Onnodige discussies komen te vaak voor. De politie heeft nu toegezegd dat men op allerlei manieren die kennis intern wil verbeteren.”