Ds. D. Kranendonk in proefschrift over puritein Baynes: „Behandel verkiezing vooral pastoraal”
Behandel het leerstuk van de predestinatie vooral pastoraal, zo was de overtuiging van de puritein Paul Baynes. Ds. David Kranendonk promoveert er volgende week op in Apeldoorn. „De gemeente is niet gediend met ingewikkelde theologische discussies die op de academie thuishoren.”
Ds. David Kranendonk (1979) is predikant van de Free Reformed Church in Oxford County in Canada. De synode van de Free Reformed Churches heeft hem vorig jaar september aangesteld als hoogleraar en hem in die hoedanigheid voorgesteld aan het Puritan Reformed Theological Seminary in Grand Rapids (Michigan, VS).
Ds. Kranendonk promoveert maandag aan de Theologische Universiteit Apeldoorn op het proefschrift ”Paul Baynes’s Pastoral Teaching of Predestination”. Baynes (1573-1617) volgde in 1602 William Perkins, de ”vader van het puritanisme”, op als docent aan St. Andrew’s the Great aan de Universiteit van Cambridge. Hij werd in 1608 geschorst omdat hij schuldig zou zijn aan non-conformisme aan de staatskerk, maar ds. Kranendonk denkt dat het was vanwege een preek waarin hij voorgangers kritiseerde die weinig oog hadden voor hun kudde en vaak buiten hun eigen parochie verkeerden.
Baynes was een non-conformist maar bleef in de Anglicaanse Kerk. Ds. Kranendonk: „Hij waarschuwde tegen separatisme en het vormen van gemeenten buiten de gevestigde kerk. Baynes was bezorgd over deze separatisten, die de kerk deformeerden door afscheidingen in plaats van deze juist te reformeren.”
Verschillende boeken van Baynes werden in het Nederlands vertaald en door onder anderen Voetius geprezen vanwege hun vroomheid. Hij was invloedrijk maar niet van het kaliber als zijn tijdgenoten Perkins en Richard Sibbes, aldus ds. Kranendonk.
Perkins wordt door sommige wetenschappers verantwoordelijk gehouden voor de strenge en scholastische leer van de dubbele predestinatie, die zou afwijken van de gematigde verbondsleer van Heinrich Bullinger, zo zet ds. Kranendonk uiteen. De aandacht voor onder meer de verwerping en het zelfonderzoek zou geleid hebben tot „een onrustige zoektocht naar zekerheid en zelfs tot wanhoop en angst.”
Ds. Kranendonk bestrijdt dit. „Baynes was een supralapsarisch en calvinistisch theoloog, die geloofde in een dubbelbesluit van verkiezing en verwerping. Gods absolute soevereiniteit gaat over alle dingen en bepaalt de uiteindelijke staat van elk individu. Baynes zag de verkiezing echter niet als een hindernis ten opzichte van de nodiging van het Evangelie, maar juist als een bemoediging voor predikanten. God zegent de verkondiging en voert daarin Zijn verkiezend welbehagen uit, de zondaren tot het geloof in Jezus Christus leidend.”
Baynes benadrukte de centrale plaats van Christus in de verkiezing en het geloof als vertrouwen op Gods geopenbaarde beloften. „Baynes geloofde dat een predikant de hele raad van God diende te verkondigen, inclusief de predestinatie zoals die geopenbaard is in het Woord van God. Maar in een academische context ging hij dieper op de problematiek in dan op de kansel, zoals over infra- en supralapsarisme. Hij gebruikt daarvoor ook de scholastiek. Maar de universiteit is niet de gemeente, die je niet met ingewikkelde theologische discussies moet belasten.”
Baynes noemde de verwerping in zijn prediking amper en stelde die alleen aan de orde in zijn commentaar op de Efezebrief. „Er is een verwerping waarin Gods gerechtigheid zich openbaart als de donkere achtergrond tegen Zijn heerlijke barmhartigheid in de verkiezing. Baynes legde de nadruk op de heiliging en de gemeenschap met God. De persoonlijke verkiezing kan alleen gekend worden in de vruchten van het geloof. De verkiezing is een bemoediging in de voortdurende strijd om de heiliging.”
De Engelse puritein was geen polemist of kerkelijk vechter, aldus ds. Kranendonk. „Hij realiseerde zich dat de schapen niet van polemiek kunnen leven maar alleen van het voedsel dat te vinden is in de weiden van Gods Woord. Voor Gods kinderen geeft de overdenking van Gods verkiezing rijk voedsel voor hun geestelijk leven zodat zij tot Gods eer kunnen leven.”