Schrik en schik in Haags koffiehuis
„Doe mij een broodje Antheunisstraat, maar zonder saus graag." Haagse humor in koffiehuis De Aanloop midden in het Haagse Laakkwartier. Het ligt pal aan de afzetting. Er wordt gelachen, maar toch zit ook de schrik erin. Zeker bij de klanten die door de politie hun huis zijn uitgestuurd.
„Ik doe vanochtend de gordijnen open, liggen er vier scherpschutters op straat", zegt Rick. „Ja jullie wonen ook aan de slechte kant van de Goeverneurlaan", grapt een aanwezige. Weer een ander antwoordt: „Nu is het bij mij, straks is het in jouw buurtje".
Wil neemt nog een slok uit haar kopje koffie. De politie had haar naar de opvang op de Haagse Hogeschool verwezen. „Ik ben daar echt netjes opgevangen. Dokters, maatschappelijk werk, lekker bakkie cappuccino." Omdat ze er „een beetje nerveus" werd, is ze naar haar vertrouwde koffiehuis gegaan. „Ik heb niks tegen allochtonen. Als ze gewoon werken. Ze moeten ze alleen wel een reglement geven als ze het land binnenkomen." Toen ze haar woning uit moest zag ze twee „bruine mensen" staan huilen. „Die wonen ook in de staat. Ik vond het zo zielig. Ik heb maar een arm om ze heen geslagen."
Buiten passeren ME–busjes en politie op de motor. „Normaal zie je hier nooit een agent", klinkt het. Een vrouw zegt: „Die Van Gogh was gewoon een teringventje. Die zocht de dingen op. Maar hij had niet omgelegd moeten worden. Het loopt uit de hand. Je mag natuurlijk ook geen islamitische school in de as leggen. En die anderen zeggen nu: wat jij kan, kan ik ook."
Er wordt om stilte gevraagd. De verslaggever op de radio meldt dat op de opvang in de Haagse Hogeschool de koffie en broodjes gratis zijn. „En wij moeten hier afrekenen", roept een man met gespeelde verontwaardiging. Iemand betrekt de Haagse burgemeester erbij als hij de man achter de kassa vraagt: „Stuur je de rekening naar Deetman?"
Rick vervolgt: „Op de tv lijkt het niet zo heftig, maar in het echt is het wel anders. De politie in gevechtspak ’s ochtends vroeg bij je aan de deur, toen dacht ik: waar zit ik? Een passerende fietser die van niks wist en die scherpschutters zag liggen, schrok zich de pleuris."
Hoe lang de afzetting gaat duren weet niemand. „Eens even denken bij wie ik vanavond ga onderduiken. Wie heeft er het lekkerste eten", denkt een klant hardop. Een vrouw roept voordat ze buiten de regen in gaat: „Nou tot kijk."