Plaatsvervangende schaamte voor geweld tegen pers
De Stille Week is vaak een week vol onrust. Net als tijdens de kerstdagen is het een week waarin christelijke kerken wereldwijd extra beveiligingsmaatregelen nemen. Ieder herinnert zich de acht bomaanslagen in Sri Lanka tijdens de paasdagen in 2019.
Ook zondag was het weer raak. Zeker twintig mensen raakten gewond bij een aanslag op een kerk in Indonesië door twee zelfmoordterroristen. Dankzij ingrijpen van beveiligers bleef de schade beperkt.
In Nederland was het zondag eveneens onrustig. Maar helaas is er een schril contrast met de aanslagen zoals we die kennen uit Pakistan of Nigeria. Dit keer waren het juist kerkgangers die omstanders aanvielen. Zowel in Krimpen aan den IJssel als in Urk werden journalisten belaagd. Beide kerken kwamen vorige week in het nieuws omdat ze het overheidsadvies over de coronamaatregelen naast zich neerleggen. Dat gebeurt weliswaar in meer kerken in de gereformeerde gezindte, maar het is steeds een klein aantal plaatsen dat de aandacht van de pers trekt.
Nu worden journalisten niet zonder reden persmuskieten genoemd. Het kan heel confronterend zijn als je je met je kinderen tussen opdringerige microfoons en camera’s moet doorworstelen om de kerkdeur te bereiken. Dan is het niet verbazend als enkelen van de honderden kerkgangers hun zelfbeheersing verliezen. Daar komt bij dat de journalisten met hun gedrag nauwelijks respect tonen voor de rustdag. Het gebod tot het heiligen daarvan is voor christenen niet beperkt tot de eredienst maar raakt ook de gang naar en van de kerk. Door zo binnen te dringen in de intimiteit van het christelijk geloof halen journalisten het bloed onder de nagels van kerkgangers vandaan.
Dat media een ongezonde belangstelling hebben voor orthodoxe christenen is helemaal niet nieuw. Een halve eeuw geleden was het zelfs een belangrijke reden voor de oprichting van het Reformatorisch Dagblad. Toch is het bijna onmogelijk om de beelden van zondag te bekijken zonder plaatsvervangende schaamte. Hoe je ook over journalisten denkt, het feit dat ze beveiligers mee moeten nemen om hun werk te kunnen doen, is een veeg teken. Buitenstaanders scheren kerkgangers nu over één kam met ‘protestanten’ op het Museumplein en avondklokdemonstranten die winkelstraten vernielen. Ten onrechte natuurlijk, maar dat is wel het beeld dat nu naar buiten komt.
Laten christenen deze voorvallen niet goedpraten als christenvervolging. De apostel Petrus maakt een duidelijk onderscheid tussen lijden omwille van de naam van Christus en het lijden vanwege het overtreden van burgerlijke wetten.
Het leven van een christen is de enige Bijbel die mensen ‘lezen’, wordt wel gezegd. Juist in deze Stille Week horen zij de samenleving een heel ander beeld voor te houden: dat van christenen die het kruis van hun Meester op zich nemen en Hem lijdzaam volgen. Hij, Die toen Hij gescholden werd, niet terug schold.