Dat vindt Ellen van Selm, burgemeester van Opsterland en voorzitter van de P10, het samenwerkingsverband van de grootste plattelandsgemeenten. Woensdag lanceert de P10 de Agenda Platteland, een opsomming van tien punten die buiten de stadsregio’s aangepakt moeten worden om tot een „robuust platteland met vitale dorpen” te komen.

Het platteland heeft onder meer geld nodig om ruimte te maken voor woningbouw. Daarvoor moet flink gesloopt worden. Ook de aanleg van snel internet is dringend nodig: het is een eerste levensbehoefte voor gezinnen en bedrijven, vindt de P10, maar de aanleg van glasvezel in dunbevolkte gebieden is voor marktpartijen niet aantrekkelijk. Ook is arbeidsmarktbeleid nodig, zodat een carrière buiten de grote stad voor jongeren aantrekkelijk is.

De P10 wil tevens een deel van het geld besteden aan de financiering van een duurzamer energieverbruik. Dat is voor plattelandsgemeenten extra ingewikkeld door de gemiddeld hogere leeftijd van de bewoners, die vaak in een eigen huis wonen dat niet zoveel waard is. Het risico van armoede door te hoge energielasten ligt op de loer, vrezen de gemeentebesturen.