Ongelukkig moment
De regering doet het volgens bijna veertig CDA’ers verkeerd. Zij vinden dat de bezuinigingen te eenzijdig de zwakkeren in de samenleving treffen. Het kabinet moet een socialer beleid voeren. De briefschrijvers zijn niet de eersten de besten. Het gaat onder anderen om voormalige ministers, een gewezen fractievoorzitter en een oud-partijvoorzitter.De aanmaning van de CDA-prominenten kan aanleiding vormen tot wat aardig gekeuvel tijdens het voor volgende week op stapel staande partijcongres. Ware het niet dat de brief eigenlijk op een ongeschikt moment komt. In de komkommertijd -dus als het nieuws schaars is- krijgt zo’n oproep gemakkelijk brede belangstelling. Maar nu schenken tal van media aandacht aan de moord op Theo van Gogh. Er zouden meer aanslagen te verwachten zijn. Radicale moslims zouden over een dodenlijst beschikken.
Veiligheid staat bij de meeste Nederlanders hoog aangeschreven. Het onafhankelijk Tweede-Kamerlid Wilders en directeur Spruyt van de conservatieve Edmund Burke Stichting kunnen met hun plannen voor een nieuwe partij en een harde aanpak van moslimextremisme garen spinnen bij de opschudding over de moord. Maar de brief van de vooraanstaande CDA’ers met een aanmaning tot een beter sociaal beleid krijgt minder aandacht. Hun oproep sluit niet aan bij de boosheid over de dood van de filmmaker.
Geringere belangstelling van de pers voor de brief is ook vanuit een ander oogpunt begrijpelijk. In feite zeggen de schrijvers niets nieuws. Zij sluiten met hun verhaal aan bij kritiek uit de hoek van de PvdA. Van Thijn -altijd al woordvoerder van de socialisten voor staatkundige vernieuwing- vertelde op de dag dat de Koningin de Troonrede uitsprak reeds hoe verschrikkelijk het kabinet op sociaal gebied handelde. En PvdA-leider Bos hekelde de houding van de regering ten aanzien van de sociale partners.
Het pleidooi van de prominenten bevat dus weinig opzienbarends. Ook vanuit de ChristenUnie kreeg het kabinet na de derde dinsdag in september kritiek. De bezuinigingsmaatregelen zouden onevenredig hard de meest kwetsbaren treffen, terwijl de plannen de hogere inkomens relatief zouden ontzien. Dat spoort goeddeels met de recente brief van de vooraanstaande CDA’ers. Vanuit diverse hoeken hebben politici de nu op schrift gestelde kritiek al naar voren gebracht. Als noodkreet valt de brief daarom nauwelijks te beschouwen.
Hoe serieus vallen de argumenten te nemen? Een van de naar voren gebrachte aspecten betreft de beperking van de hypotheekrenteaftrek. Dat doet het altijd goed bij de lust om hogere inkomens af te romen. Maar realiseren de voorstellers zich dat tal van jongeren het zich alleen bij de gratie van die aftrek kunnen veroorloven een huisje te kopen? Vooral bij degenen voor wie een vaste baan voor een kersverse moeder naast de werkende vader nog niet vanzelfsprekend is.
Volgens de briefschrijvers drijft het kabinetsbeleid het CNV en andere verwante organisaties uit het maatschappelijk middenveld „van ons af.” Natuurlijk is die vrees reëel. Maar hij is net zo redelijk als de noodzaak tot ingrijpen en bezuinigen. De voorzitter van het CDA, mevrouw Van Bijsterveldt, heeft dan ook gezegd dat ze de bezorgdheid van de briefschrijver wel herkent. Zo verwoorden mensen dat tegenwoordig. Heerlijk vaag. Dat betekent geen bijval en geen verzet. Maar herkenning. Daar kan iemand nog alle kanten mee op.
Overigens was er eind oktober een congres over waarden en normen waar de CDA-partijvoorzitter aankondigde verder te willen op het gebied van waarden en normen. Gebeurt dat op een bijbelse wijze, dan komt het sociaal beleid vanzelf weer ter sprake. Op een betere manier dan waarop de prominenten het zouden kunnen aanpakken.