„Hel is eeuwige scheiding van God”
Vrijwel alle respondenten in het onderzoek van CV.Koers geloven in het bestaan van de hel. Maar op de vraag wat de hel is, wordt zeer verschillend geantwoord. Zo ziet 43 procent van de ondervraagde predikanten de hel niet als plaats van eeuwige kwelling, maar als een eeuwige scheiding van God.
De respons in het onderzoek was het grootst onder predikanten van de Gereformeerde Bond en de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt. Deze denominaties komen tegelijk als meest traditioneel uit de bus, aldus een persbericht van CV.Koers. De respons was het laagst onder Nederlands gereformeerde predikanten, die veruit het minst traditioneel antwoordden.
De traditionele opvattingen over de hel als plaats van eeuwige kwelling staan, volgens het onderzoek, stevig onder druk. Meer dan de helft van de predikanten gelooft niet dat de hel een plaats van eeuwige kwelling is. Liever spreekt men van „gescheiden zijn van God.” „De moeite met wat eeuwenlang een nagenoeg onbetwist dogma in de kerk was, blijkt groot”, aldus het opinieblad. Zo zegt een op de vier gemeenteleden de hel te ervaren als een „echt moeilijk punt in het geloof.” Eenderde van de predikanten preekt nooit over de hel. Voor 21 procent van de ondervraagde voorgangers is het langer dan twee of zelfs vijf jaar geleden dat ze over de hel preekten. Van de predikanten vindt 27 procent de hel zo’n lastig onderwerp dat we er maar niet te veel en te concreet over moeten spreken „zeker niet met buitenkerkelijken.” Volgens het onderzoek vindt 28 procent van de predikanten de hel eigenlijk maar een theoretische kwestie; voor je geloofsleven „doet het er niet zo toe.”
Slechts 6 procent van de ondervraagde predikanten preekt veelvuldig over de hel. In Gereformeerde-Bondsgemeenten wordt nog het meest over de hel gepreekt: een op de vijf predikanten doet dat veelvuldig. Van de ondervraagde predikanten uit de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK), de Nederlands gereformeerde kerken (NGK) en de evangelische gemeenten zegt niemand vaak over dit onderwerp te preken. „Het is niet zo dat ik het niet ter sprake wil brengen”, tekent een predikant uit de CGK aan, „maar ik worstel met de vraag hoe, wanneer en op wat voor een manier.”
Juist in de kerken waar het minst over de hel gepreekt wordt, leeft de grootste moeite. De stelling dat preken over de hel angst oproepen, wordt volgens CV.Koers door de resultaten van het onderzoek weerlegd. Juist van de ondervraagden uit de NGK antwoordde 8 procent bevestigend op de vraag ”Bent u bang dat u misschien zelf in de hel zult komen?”. Onder de Gereformeerde Bonders antwoordde niemand bevestigend op deze vraag.
Van de CGK-predikanten ziet 17 procent de hel wel als een plaats van eeuwige kwelling. In de NGK is dat 13 procent, bij de predikanten uit de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt 74 procent en onder de Gereformeerde-Bondspredikanten 75 procent.
De gemeenteleden antwoordden volgens het onderzoek een stuk behoudender. Tweederde van hen denkt dat de hel een plaats van eeuwige kwelling is. Eenderde denkt dat het geen plaats is van kwelling, maar een eeuwige scheiding van God. „Of hebben de predikanten eerlijker geantwoord omdat hun enquête anoniem was?”, zo vraagt CV.Koers zich af.
Op de vraag in hoeverre de wetenschap dat er een eeuwig oordeel is een drijfveer is om het Evangelie te verkondigen, antwoordt 42 procent van de evangelischen en 38 procent van de Gereformeerde Bonders bevestigend. Onder Nederlands gereformeerden is dit 8 procent. Onder de ondervraagde CV.Koers-lezers die behoren tot de Gereformeerde Gemeenten is 96 procent van mening dat de hel een plaats van eeuwige kwelling is. Achttien procent zegt dat dit hen beweegt tot de verkondiging van het Evangelie en 68 procent geeft aan dat het daar niet van komt.