Opinie

Veel partijen geen probleem, maar feest van de democratie

Dat op 17 maart maar liefst 37 partijen deelnemen aan de Tweede Kamerverkiezingen, zoals de Kiesraad vrijdag bekendmaakte, is voor naoorlogse begrippen een record. Jawel, ook in 1971, 1981 en 2017 konden stemgerechtigden kiezen uit een respectabel aantal politieke groeperingen, te weten 28. Maar het getal van 37 gaat daar toch nog ver bovenuit.

Hoofdredactie
8 February 2021 13:42
beeld RD
beeld RD

Kiezers kunnen nu niet alleen het hokje van bekende traditionele partijen, hetzij grote of kleine, rood kleuren, maar ook hun voorkeur uitspreken voor groeperingen die voorheen niet bestonden of die tot nu toe niet de kiesdrempel haalden, zoals JA21, NIDA, Splinter, Jezus Leeft, U-Buntu Connected Front, de Feestpartij of Modern Nederland.

Heeft zo’n grote hoeveelheid partijen nadelen? Nauwelijks, of het moet zijn dat het stembiljet groter en dus wat moeilijker te hanteren wordt.

Om te beginnen staat veel partijen op het stembiljet niet gelijk aan veel partijen in de Kamer. Ja, als ze allemaal in het parlement zouden komen, zouden we een Poolse landdag krijgen. Maar dat gaat niet gebeuren. De achterliggende kwarteeuw kwam er in diverse verkiezingsjaren niet één nieuwe partij in de Kamer, in een aantal jaren waren het er twee en in 1994, bij hoge uitzondering, drie.

Verder moeten we ons ervoor hoeden al te snel te beweren dat de politiek de laatste jaren versplintert. Zo ontzettend veel echte splinters (één- of tweemansfracties) zitten er niet in de Kamer. En als ze er zitten, komt dat voor een deel door afsplitsingen na de verkiezingsdag.

Wat bij een blik op het politieke krachtenveld in het parlement vooral anders is dan vroeger –zeg: de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw– is dat er geen echt grote fracties meer zijn, maar wel veel middelgrote partijen van tussen de tien en de twintig zetels. Dat heeft voor de bestuurbaarheid van Nederland in zoverre gevolgen dat kabinetsformaties er grosso modo lastiger en tijdrovender door worden.

16764564.JPG
Premier Rutte brengt zijn stem uit, beeld ANP, Jerry Lampen

Maar dát heeft niets te maken met de hoeveelheid partijen die aan Kamerverkiezingen deelneemt. Terecht hield premier Rutte op zijn persconferentie van vrijdag die twee zaken scherp uit elkaar.

Als veel partijen in de Kamer niet Nederlands grootste probleem zijn en als een groot en vol stembiljet dat al helemaal niet is, dan is het invoeren van een hoge kiesdrempel ook beslist niet de oplossing, betoogde de premier. „Als u en ik”, zei hij tegen journalist Frits Wester, „samen een nieuwe partij oprichten en zo’n 70.000 stemmen binnenhalen, zitten we spoedig daarna in de Kamer. Dat is toch prachtig? Moeten we alleen nog uitvechten of u of ik op die zetel mag gaan zitten.”

Zo simpel is het inderdaad. 37 partijen die aan de Kamerverkiezingen deelnemen een te groot aantal? Laten we het vooral beschouwen als het feest van de democratie.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer