Partijen willen hulp voor adoptiekinderen en -ouders
Partijen in de Tweede Kamer willen dat adoptiekinderen en -ouders worden geholpen bij alle vragen die ze hebben na het besluit van het kabinet om interlandelijke adopties voorlopig op te schorten. Het kabinet kondigde die maatregel maandag aan, na snoeiharde conclusies van de commissie-Joustra over adoptie uit het buitenland.
Uit het rapport komt naar voren dat binnen het Nederlandse adoptiesysteem jarenlang ernstige zaken als kinderhandel en kinderdiefstal voorkwamen. Het overheidstoezicht was bovendien onvoldoende. Het systeem is ook nu nog fraudegevoelig en misstanden komen „tot op de dag van vandaag” voor, aldus het rapport.
D66-Kamerlid Vera Bergkamp noemt de misstanden „heftig”. „Bijna niet te bevatten”, aldus PvdA-Kamerlid Attje Kuiken. Niels van den Berge van GroenLinks is „geschrokken”.
Demissionair minister Sander Dekker (Rechtsbescherming) heeft zijn excuses aangeboden. Dat vindt Bergkamp terecht, maar ze noemt het belangrijk dat er hulp komt vanuit de overheid om kinderen en ouders te helpen met „vragen en onzekerheden die nu naar boven komen”.
Kuiken wil dat het rapport „zorgvuldig” wordt behandeld. Ze noemt de conclusies in het rapport verdrietig voor alle betrokken partijen, ook voor mensen die graag willen adopteren. „Maar het belang van het kind staat voorop.” GroenLinks wil ook hulp voor geadopteerde mensen. „Zij moeten onafhankelijke hulp krijgen bij het opsporen van hun biologische ouders”, aldus Van den Berge.
Ook Dekkers eigen partij de VVD noemt het handelen van de overheid „pijnlijk”. Kamerlid Tobias van Gent zegt dat het adoptiebeleid aan „herbezinning” toe is. „Een volgend kabinet en Kamer moeten bepalen hoe het verder moet met internationale adoptie.”