Column (Mariska Dijkstra): Gluren
Dat zich na mijn vorige column zo veel lezers zouden aansluiten bij het wandelteam van RDMagazine was echt een verrassing. Binnen twee dagen hadden duizend wandelaars zich aangemeld. Niet te geloven.
Het zegt wel iets over de drang van mensen om te willen bewegen en even wat frisse lucht te snuiven. Juist nu. Ik heb dat zelf ook. Weken met z’n allen als gezin op een kluitje zitten. Gezellig! Soms dan. Andere keren móét ik er gewoon even uit.
Mijn lievelingstijdstip voor mijn rondje door de buurt is zo rond etenstijd. Net ervoor, net erna. Waarom? Het begint dan donker te worden. Dat heeft als voordeel dat mensen massaal hun lampen aandoen, waardoor je makkelijk naar binnen kunt kijken.
Heerlijk vind ik dat. Maar oké, soms voelt het ook wat ongemakkelijk. Alsof je ongevraagd bij mensen de kamer binnenwandelt. Terwijl ze het niet eens doorhebben.
De grote raampartijen van de doorzonwoningen die in mijn omgeving populair zijn, zijn soms net grote televisieschermen waar een liverealityshow te zien is. Raam na raam, dwarsdoorsnedes van het gezinsleven.
Daar zit een man met zijn voeten op een krukje voor een enorm scherm, waarop schaatsers zo de woonkamer in lijken te stuiven. Een buurvrouw –in negligé en roze badslippers– geeft haar hortensia’s water. In een wijkje verderop lakt een tiener haar nagels, terwijl een klein hondje op een kleedje voor de open haard ligt. Kijk, daar bij die bejaardenwoningen zit een man achter het orgel. Zou hij een psalm spelen? En welke dan?
Als ik een paar huizen verderop een moeder met een frons op haar gezicht naar haar twee koppen grotere puberzoon zie kijken, moet ik opeens aan mijn eigen gezin denken. Zou voor ons raam nu ook iemand lopen die bij alles wat hij ziet een verhaal bedenkt? Misschien toch de gordijnen maar dichtdoen als ik zo terug ben. Of juist niet?
In deze tijd van lockdown is het ook wel weer mooi om door middel van ‘open ramen’ nog iets met elkaar te delen. Iets van menselijkheid. Iets van ”we zitten allemaal in hetzelfde schuitje”. Of soms zelfs iets van ”de hoop die binnen in ons is”. Dat hoeft naar mijn idee niet gelijk te staan aan het perfecte plaatje dat we zo graag aan anderen willen laten zien. Na een dag vol gedoe en onenigheid het weer goed maken met elkaar is tenslotte ook mooi.
Laat maar zitten, die gordijnen blijven open.