Politie onderzoekt AD-publicatie over dode informant
De Landelijke Eenheid van de politie doet onderzoek naar een bericht dat het AD maandag heeft gepubliceerd over de in 2015 overleden politie-informant Freddy Janssen uit Valkenswaard. De krant schrijft onder meer dat politie cruciale informatie over de informantenstatus van Janssen voor de rechter heeft verzwegen en sporen daarover heeft gewist. Bronnen van het AD spreken van „een grote cover-up”.
Het in stukken gezaagde lichaam van Janssen werd in het voorjaar van 2015 gevonden in het Markkanaal bij het Brabantse Den Hout. Volgens het AD brak vervolgens bij het Team Criminele Inlichtingen (TCI) van de Landelijke Eenheid paniek uit. Janssen was informant bij TCI en stuurde de dag voor zijn verdwijning een bericht naar zijn TCI-begeleiders, waarin hij schreef dat zij hem „met de grootste spoed” moesten bellen. Het AD beschikt over onder meer dit bericht.
Wapenhandelaar Jan B. uit Hulten is - ook in hoger beroep - veroordeeld het wegmaken van het lichaam van Janssen. Bewijs voor de stelling dat B. betrokken was bij de gewelddadige dood van Janssen is niet gevonden. Tijdens zijn berechting heeft B. verklaard dat Janssen munitie bij hem wilde kopen. Toen hij die samen met B. wilde testen, schoot Janssen zichzelf in een bos bij Oosterhout door het hoofd, aldus B.
Volgens het AD wilde TCI stoppen met Janssen als informant. Hij zou tal van criminele contacten hebben gehad en betrokken zijn geweest bij de meeste zaken die hij aandroeg. Het advies om te stoppen werd volgens de krant genegeerd door de TCI-leiding. Twee nieuwe begeleiders gingen met hem verder. In die contacten zou Janssen onder meer foto’s van het wapenarsenaal van B. hebben geleverd.
Volgens het AD is het advies om met de informant te stoppen verdwenen, evenals een rapport over door de politie gemaakte fouten. Een door Janssen gebruikte iPad en een telefoon hebben nabestaanden „nooit meer gezien”, twee laptops kregen ze kapot terug, aldus het AD.
Een bron in het AD zegt te vermoeden dat Janssen door zijn telefoon is ontmaskerd als informant. Dat zou een motief opleveren voor moord. Een andere bron zegt dat door TCI met Janssen „heel onprofessioneel” is gewerkt. „Het is de vraag of TCI medeschuldig is aan zijn dood”, aldus deze bron.
De politie onderzoekt de diverse beweringen maar wil niet ingaan op de zaak zelf. Over de precieze - afgeschermde - werkzaamheden van TCI doet zij nooit mededelingen.