Recept: fluffy pancakes
Pasgeleden viel mijn oog op een woord op het omslag van foodmagazine Delicious. ”Food escape” stond er – en ik snapte meteen wat ermee werd bedoeld. In de keuken kun je je horizon makkelijk verbreden; kun je ontsnappen aan de tegenwoordig behoorlijk eentonige alledaagsheid.
Nu kan ik daar best goed tegen, alledaagsheid – en ik prijs me gelukkig met werk dat door moet gaan en door kan gaan. Maar toch voelde ook ik me een beetje opgesloten na een paar dagen thuis met een ziek kind en meteen erachteraan een quarantaineperiode omdat we op het verkeerde moment met de verkeerde persoon in dezelfde ruimte waren geweest.
Ik weet natuurlijk niet hoe het u vergaat, maar hier wordt het menu niet avontuurlijker in zo’n periode van lockdown. Jullie willen vanavond weer spaghetti? Ach, waarom ook niet. Die saus kan ik inmiddels slapend maken. Jij wilt groentesoep? Prima, zoiets makkelijks komt goed uit nu.
Dat is ook een vorm van food escape, natuurlijk: een ontsnappingsmogelijkheid om tóch zonder al te veel moeite iets op tafel te krijgen.
Maar voor deze kookaflevering laat ik u even naar Japan vluchten. Daar zijn extreem luchtige, souffléachtige, hoge pancakes al een poos populair. Wie bakringen in huis heeft, heeft geluk: gebruik ze gerust om mooie ronde pancakes te krijgen. Maar zonder lukt het ook. Wie doet mee? Even iets luchtigs tussendoor, dat mag ook wel.
Bereiding
Splits twee eieren boven twee kommen. Zeef de bloem met de bakpoeder boven een derde kom.
Voeg aan de dooiers de melk toe en eventueel het vanille-extract. Mix het met een (hand)garde stevig door totdat het eigeel licht schuimt.
Doe één lepel van de suiker bij de eiwitten en klop ze met een stand- of elektrische mixer iets stijf. Voeg dan de tweede schep suiker toe en klop door tot je van het eiwit hoge pieken kunt maken, die iets ombuigen aan het uiteinde.
Vet een koekenpan heel licht in met olie, laat de pan op een heel zacht vuur gelijkmatig warm worden (gebruik bijvoorbeeld een sudderplaatje).
Voeg een schep eiwit toe aan het dooiermengsel, meng kort en goed. Schep dan de helft van het resterende eiwit er voorzichtig door. Niet roeren, want je wilt de lucht die erin is geklopt behouden. Voeg het eigeelmengsel bij het laatste eiwit en schep de mengsels voorzichtig door elkaar.
Schep een flinke lepel beslag in de pan. Werk netjes, zodat de pancake een mooie vorm krijgt. Bak zo drie pannenkoekjes per keer. Druppel wat water in de pan (in totaal ongeveer 1 eetlepel) op de plekken waar geen pannenkoek ligt en leg meteen een deksel op de pan.
Schep na 2 minuten op elke pannenkoek voorzichtig nog een lepel beslag. Je wilt een hoge pancake krijgen. Is het water verdampt? Voeg dan nog wat toe. Doe het deksel op de pan en laat nog 4 à 5 minuten bakken. Draai de pancakes voorzichtig om en bak nog 3 tot 4 minuten. Serveer met poedersuiker, ahornsiroop of slagroom.