18 jaar cel en tbs geëist voor kerstmoord in Hengelo
Een 27-jarige man uit Hengelo moet, als het aan het Openbaar Ministerie ligt, achttien jaar celstraf plus tbs met dwangverpleging krijgen wegens de moord op een vrouw in de kerstnacht van 2019 in Hengelo. De strafeis werd dinsdag bekendgemaakt bij de rechtbank in Almelo.
Volgens het OM heeft Willem V. tijdens de bewuste nacht de 27-jarige Chantal de Vries uit Almelo ‘met volle opzet op beestachtige wijze’ om het leven gebracht. Het slachtoffer werd die nacht omstreeks 02.00 uur dood aangetroffen bij haar auto op een parkeerplaats aan de rand van het centrum van Hengelo. Op camerabeelden is te zien hoe V. haar gedurende zeven minuten had gevolgd toen zij van haar werk in een grand-café naar haar auto liep. Op het eind van de beelden was een ijselijke angstkreet van het slachtoffer te horen. Ze bleek met zeven messteken in hals en borst te zijn gedood. Een half uur later werd de verdachte al gearresteerd. Zijn kleding zat onder het bloed. Op het mes dat hij in een sloot had gegooid werden DNA-sporen van hem en het slachtoffer gevonden.
Hoewel V. diverse malen een bekentenis heeft afgelegd, kon hij zich naar eigen zeggen nauwelijks iets van het gebeurde herinneren. Deskundigen van het Pieter Baan Centrum zetten echter „forse vraagtekens” bij zijn vermeende geheugenverlies. Op de vraag wat hem precies had bezield - de twee kenden elkaar niet - konden ze geen duidelijk antwoord vinden, mede doordat V. maar mondjesmaat meewerkte aan onderzoeken, pijnlijke vragen uit de weg ging en weinig over zichzelf los wilde laten. Bij de behandeling in de rechtbank beriep hij zich voortdurend op zijn zwijgrecht.
Wel legde hij er telkens de nadruk op dat hij aan stoornissen en depressies lijdt en daarvoor behandeld wil worden. Volgens de deskundigen is geen van zijn aandoeningen echter zo sterk aanwezig dat deze hem tot de moord kan hebben aangezet. Volgens de officier van justitie was zijn houding er uitsluitend op gericht om strafvermindering te krijgen.
De officier vindt dat gezien de aard van het misdrijf en V.’s verleden, dat getekend wordt door agressie-incidenten en conflicten met (pleeg-)ouders en hulpverleners, een psychische behandeling op zijn plaats is. „Je moet er niet aan denken dat iemand die zoiets beestachtigs heeft begaan, ooit zomaar weer op straat komt.”
De rechtbank doet op 16 februari uitspraak.