Huren stijgen in 2021 met maximaal 2,4 procent of 5,4 procent
Voor zowel de vrije als de sociale huursector ligt de maximale huurverhoging komend jaar op 2,4 procent. Middeninkomens in een sociale huurwoning kunnen wel een hogere huurverhoging krijgen die oploopt tot maximaal 5,4 procent. Dat meldt de Woonbond. Ongeveer 260.000 hurende huishoudens bij woningcorporaties met een laag inkomen kunnen rekenen op een huurverlaging in 2021.
Het is voor het eerst dat er een maximale jaarlijkse huurverhoging gaat gelden voor de vrije sector. Het parlement moet nog wel instemmen met de wet daarover.
Huurders met een middeninkomen in een sociale huurwoning bij een woningcorporatie of bij een particuliere verhuurder kunnen een hogere huurverhoging krijgen. Vanaf een huishoudinkomen van 44.655 euro is de maximale huurverhoging 5,4 procent. Die inkomensafhankelijke huurverhoging kunnen huurders ook krijgen als ze al in een dure sociale huurwoning wonen.
Corporaties moeten de gemiddelde huurverhoging over alle sociale huurwoningen (de ‘huursom’) beperken tot inflatie, aldus de Woonbond. Dat betekent dat de gemiddelde huurverhoging van sociale huurwoningen bij een corporatie niet hoger zal zijn dan 1,4 procent. Er kan maximaal 1 procent bovenop komen als er lokaal afspraken zijn gemaakt zijn om extra te investeren in nieuwbouw.
Huishoudens met een hoge huur en laag inkomen die huren bij een woningcorporatie krijgen in 2021 een huurverlaging. Volgens het ministerie van Binnenlandse Zaken gaat het om 260.000 hurende huishoudens. Huurders die al langer een laag inkomen hebben krijgen automatisch huurverlaging. Huurders die na 2019 een inkomensdaling hebben gehad, moeten zelf een verlaging aanvragen.