Het draait om het lidmaatschap van Koopmans van de raad van commissarissen bij het Limburgse baggerbedrijf Terraq. Hij ontkende eerder dat hij de schijn van belangenverstrengeling heeft gewekt. Koopmans reageerde daarmee op een publicatie in NRC, dat hij tot de zomer van dit jaar een adviesbedrijf had, maar dit niet meldde op zijn lijst met nevenfuncties. Ook de inkomsten maakte hij volgens de krant niet openbaar, hoewel de Provinciewet hem daartoe verplicht.

In 2017 verzette Koopmans zich als gedeputeerde hevig tegen verplaatsing van een jachthaven bij Venlo. Net als Terraq. Toen dit naar buiten kwam, stapte Koopmans op als commissaris van het bedrijf.

Koopmans liet eerder weten in de collegevergaderingen zich altijd onthouden te hebben van deelname aan besluiten waarbij Terraq en gelieerde ondernemingen betrokken waren. Naar eigen zeggen is er nooit sprake geweest van een schijn van belangenverstrengeling. Bovendien stelt Koopmans zijn nevenfunctie sinds 2014 altijd gemeld te hebben. Zijn neveninkomsten hoefde hij niet te melden, aldus Koopmans.

Maar er lijkt zich een meerderheid in de Limburgse Staten af te tekenen voor een onderzoek, mogelijk zelfs een parlementaire enquête. Zes partijen in Provinciale Staten spreken van een „gebrek aan zelfreflectie” bij Koopmans en zijn collega-gedeputeerden die onverkort onverkort achter hem blijven staan. SP, GroenLinks, PvdA, PvdD, D66 en 50PLUS willen weten of de gedeputeerden het passend vinden dat een andere gedeputeerde in fulltime dienst van de provincie een betaalde nevenfunctie heeft, en of er sprake is geweest van (de schijn van) belangenverstrengeling.