Dood van kind in zaak babyschudder ‘geen ongeval’
De dood van de acht maanden oude stiefzoon van een 32-jarige verdachte uit Deventer is niet door een ongeval te verklaren. Dat zeiden twee medewerkers van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) maandag op de strafzaak in de rechtbank in Zwolle.
De 32-jarige stiefvader Randy S. wordt verdacht van doodslag op zijn stiefzoon. Het kind overleed in de avond van 9 februari 2018 in het ziekenhuis in Deventer aan de gevolgen van een hersentrauma. Dat letsel is niet te verklaren door een val van een commode of uit bed, zeiden deskundigen van het NFI tijdens de zitting. „Hier zijn forse krachten voor nodig, vergelijkbaar met de val van een balkon”, aldus de forensisch arts.
Volgens een door de advocaten van S. ingeschakelde kinderarts ging het al niet goed met het kind. Hij weigerde regelmatig de fles en had ademhalingsproblemen. Dat kunnen gevolgen zijn van een chronische bloeding bij de hersenen die na de geboorte ontstond, zei ze. Maar ook dat kan het letsel niet verklaren, aldus het NFI. Zo zag de kinderarts geen nekletsel en denkt ze dat van doodschudden geen sprake lijkt te zijn. Maar vaak ontbreekt dat letsel juist bij een dergelijk geval, aldus de patholoog van het NFI.
S. trof zijn kind op zijn buik aan in het bedje. „Ik pakte hem op, hij was helemaal slap en had een rare blik in de ogen”, zei hij de rechters. Zeven dagen na de dood van het kind werd hij opgepakt. Hierdoor miste hij de begrafenis. Zijn vrouw staat achter hem. Ze is niet alleen haar baby kwijt, maar ook haar ouders die geloven in de schuld van S. Ze moest haar kind alleen begraven, zei ze de rechters.
Dinsdag wordt de eis van de officier van justitie bekend. Beide advocaten van S. hebben al aangegeven voor vrijspraak te gaan.