Leegstand winkels neemt toe: is de binnenstad straks leeg?
Lege etalages en borden met ”Te huur” op de ramen. Door de coronacrisis neemt de winkelleegstand in de binnenstad nog meer toe, voorspelt het Planbureau voor de Leefomgeving in een rapport. Vooral grote steden zijn de dupe. „Mensen gaan niet meer naar de grote stad, maar naar het winkelcentrum om de hoek.”
Terwijl de pakketbezorgers overuren maken, heeft de gemiddelde ondernemer in een grote stad het zwaar. Klanten blijven weg, panden komen leeg te staan. Het beeld van een verlaten binnenstad dreigt, zeker als je het vrijdag verschenen rapport van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) leest. Het PBL keek samen met onderzoeksbureau Lotus naar het effect van de coronacrisis op de binnensteden. De voorspelling: begin 2022 is de leegstand opgelopen tot 20 procent. Vooral Amsterdam wordt hard geraakt, maar ook in steden als Groningen, Delft en Haarlem gaat het slecht.
Een trend die al langer aan de gang is, maar die door de coronacrisis wordt versterkt, zegt Eus Peters, directeur van de Raad Nederlandse Detailhandel. „Grote steden voelden zich tot nu toe onaantastbaar, maar omdat de toeristen wegblijven gaat het daar ook steeds slechter.” Bovendien winkelt de gemiddelde klant nu liever dicht bij huis. „Je stapt niet zo snel voor de lol in de trein om te gaan winkelen in de stad. En omdat grote steden slecht bereikbaar zijn per auto, gaan mensen online winkelen of rijden ze naar een minder groot winkelcentrum in de omgeving.”
Goed nieuws voor de middelgrote steden, zegt Peters. „Neem een plek als Zeist. Inwoners gingen eerst naar Utrecht voor hun inkopen, maar vinden nu de weg naar het lokale winkelcentrum terug.”
Een beeld dat de ondernemersvereniging van Gouda herkent. Natuurlijk, er staan panden leeg. Maar volgens Irene Klein Haneveld, werkzaam bij Bijbelshop Samma en secretaris van de ondernemersvereniging, zijn er tot nu toe nog geen aanwijzingen dat er in Gouda door corona meer leegstand is. „De ene branche heeft het moeilijker dan de ander, maar ook de horecazaken houden het tot nu toe nog vol.”
Volgens Klein Haneveld is het vooral een kwestie van „heel hard werken” om de binnenstad aantrekkelijk te maken voor winkelend publiek. „Je ziet dat het helpt om nieuwe dingen te realiseren, bijvoorbeeld een fairtrade winkelstraat of een Gouda Cheese Experience. En persoonlijk contact is belangrijk, we merken dat mensen juist in deze tijd graag lokale ondernemers steunen. Niemand wil dat zijn eigen binnenstad het loodje legt.”
Uiteindelijk komen de Nederlandse binnensteden de coronapandemie wel door, zo denkt het Planbureau voor de Leefomgeving. Waarschijnlijk zullen ze er in de toekomst wel anders uitzien. „Na eerdere crises werden leegstaande panden vaak opgevuld door de horeca”, zegt Peters van de Raad Nederlandse Detailhandel. „Dat zal nu lastig worden, want de branche verkeert in zwaar weer.” Een andere optie is volgens hem om lege winkelpanden om te bouwen tot woningen. „Je ziet dat mensen weer graag in de binnenstad willen wonen. Zeker oudere mensen vinden het prettig om dichtbij alle voorzieningen te zitten. En uiteindelijk heeft iedereen belang bij een gezellige binnenstad die aantrekkelijk is voor inwoners. Een winkelier wil ook niet in een straat zitten waar de helft leeg staat.”