Binnenland

Berusting én wrevel om mondkapjesplicht

Bozig kijkt de medewerkster van een kledingzaak in Joure. Acht uur lang een mondkapje dragen? Ze vindt het maar niks. Maar de meeste Friezen in het dorp morren minder.

2 December 2020 06:55Gewijzigd op 2 December 2020 08:52
Kinderplezier. beeld AFP ALEXANDER NEMENOV
Kinderplezier. beeld AFP ALEXANDER NEMENOV

Gefrustreerd mikt een oudere vrouw haar spullen vanuit de winkelkar in haar tas. „Ik heb totaal geen zin meer om boodschappen te doen”, foetert ze bij de ingang van de Aldi in Joure. Ze droeg in de winkel een spatschermpje in plaats van een mondkapje. Toen kreeg ze te horen dat zo’n doorzichtig ding niet aan de eisen voldoet. „Ik krijg het benauwd van zo’n mondkapje. En dan moet ik zo nog meer boodschappen doen. Ik word hier zo gefrustreerd van!”

De kwaaie mevrouw staat niet model voor alle inwoners van Joure. De meeste Friezen schikken zich in hun lot. Vrijwel alle pakweg twintig winkelbezoekers die binnen een kwartier de Aldi binnenstappen, dragen een kapje. Zo blijkt dinsdag, de dag waarop de mondkapjesplicht ingaat.

„Alle beetjes helpen”, vertolkt de 39-jarige Coby Poelsma uit het nabijgelegen Sint Johannesga haar instemming met de mondkapjesplicht. Ze werkt in de gehandicaptenzorg en vindt het „heel belangrijk anderen niet te besmetten.” „Om me heen kregen mensen corona. Dat wil je niet meemaken.”

Gehoorapparaat

Ook de 73-jarige Maria Schopenhauer vindt de mondkapjesplicht „prima.” Ze draagt de gezichtsbedekking al maanden bij winkelbezoek. Al ziet ze nadelen. „Soms heb ik met zo’n kapje op moeite met ademhalen. En de touwtjes trekken af en toe mijn gehoorapparaat mee.” In haar onderwijs aan vluchtelingen blijft Schopenhauer een spatschermpje dragen. „Het is belangrijk dat vluchtelingen mijn mondbewegingen kunnen volgen.”

Een 79-jarige vrouw kan prima leven met de mondkapjesplicht. Al vindt ze zo’n kapje soms benauwend. „Ik ben wat astmatisch.” En dat haar bril beslaat is ook niet je van het.

„Ik heb geen zin om ziek te worden van een ander”, zegt een 77-jarige vrouw, terwijl ze de handgrepen van haar winkelwagentje reinigt. Prima vindt ze de mondkapjesplicht. Ze ergert zich aan „maffe” stedelingen die „lekker met z’n allen door een drukke winkelstraat wandelen en doen alsof corona niet bestaat.”

„Baat het niet, dan schaadt het niet”, voegt de 75-jarige Fries Koos Jellema zich in het koor van de meegaanden. „Als ik het kapje ben vergeten, ga ik naar huis om hem op te halen. Want ik voel me schuldig als ik in de winkel geen mondkapje draag.” Vergezeld van haar dochtertje stapt een 34-jarige Tjechische vrouw een drogisterij uit. Natuurlijk draagt ze een kapje. „Ik volg de adviezen van de overheid.” Net als anderen weet ze van de twijfel over nut van de mond- en neusbedekking. „Die kapjes houden corona niet 100 procent tegen. Maar als iemand achter me in de winkel staat te kuchen, ben ik blij dat ik door dat kapje niet de volle laag krijg.”

Onder winkelpersoneel lijkt meer wrevel over de mondkapjesplicht te leven. „Ik krijg het er benauwd van”, moppert een jongedame in een kledingzaak, een partij kleerhangers in haar armen. „Die anderhalvemetermaatregel vind ik wel genoeg.”

Verderop klinkt Karin Brinksma, die kledij verkoopt voor mensen met een maatje meer, ook verbolgen. „Voor mij had deze plicht niet gehoeven. Ik krijg hoofdpijn als ik zo’n kapje draag.”

Maar het moet maar. Klanten zonder kapje kunnen bij de winkelentree een exemplaar krijgen. „Hopelijk kunnen we binnenkort weer zonder deze maatregelen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer