Boer kop van Jut in stikstofdebacle
„Weg met die kalkoenenboer en we kunnen weer 130 rijden!” De conclusie lag woensdag voor de hand. Maar terecht is hij niet.
Investico, een platform van onderzoeksjournalisten, heeft zitten rekenen aan de stikstofuitstoot van 19.000 Nederlandse veehouderijen. Conclusie: enkele tientallen piekbelasters veroorzaken zoveel schade aan kwetsbare natuur dat ze andere activiteiten in de omgeving, zoals woningbouw, blokkeren.
De media pakten er woensdag breed mee uit. Een paar smeuïge details trokken de aandacht. Zoals de zin over één kalkoenenbedrijf dat voor meer stikstofneerslag op de Veluwe zou zorgen dan alle Nederlandse automobilisten samen besparen doordat ze overdag niet harder mogen rijden dan 100 kilometer per uur. Of de doorrekening van één kalverhouderij die 600 keer meer stikstofvervuiling veroorzaakt dan de (stilgelegde) bouw van 65 woningen en een dorpshuis in Otterlo.
Deskundigen stonden klaar met hun oordeel: zonder het sluiten van zulke „agrarische topvervuilers” is het onmogelijk om natuurgebieden weer gezond te krijgen. En willen deze boeren zich niet vrijwillig uit laten kopen –waar het kabinet en de provincies op inzetten– dan moeten ze maar gedwongen worden.
Boeren die op het lijstje staan willen niet reageren. Ze nemen simpelweg de telefoon niet op of willen alleen anoniem iets over hun gevoelens kwijt. „We hebben in een appgroepje afgesproken dat we ons koest houden. Niemand van ons wil als kop van Jut fungeren”, legt een Veluwse kalverhouder uit.
Hij wil wel kwijt dat de vergelijking tussen de stikstofneerslag door één veebedrijf en door het autorijden van alle Nederlanders „nergens op slaat.” Want het gaat niet alleen om de uitstoot van stikstof maar ook om de afstand van de bron tot het bewuste natuurgebied.
Shell
Ook boerenorganisatie LTO Nederland noemt de suggestie dat 25 veehouderijbedrijven het stikstofprobleem kunnen oplossen „een onwaarheid.” Verminderen van de stikstofuitstoot van piekbelasters „kan lokaal ruimte scheppen, maar biedt geen perspectief aan bijvoorbeeld een woningbouwproject aan de andere kant van het land of provincie.”
Boerenactiegroep Agractie wijst erop dat in de regio’s waar de meeste woningen moeten worden gebouwd geen tot nauwelijks piekbelasters uit de agrarische sector zitten. Wel zitten daar andere vervuilers zoals Shell en biomassacentrales.
Volgens agrarisch onderzoeksjournalist Geesje Rotgers is de stikstofdepositie op de Veluwe door de ene kalkoenenhouder 0,799 mol per hectare. Maar Shell in Rotterdam veroorzaakt op diezelfde Veluwe 1,75 mol per hectare plus „een relatief forse hoeveelheid op alle natuurgebieden in heel Nederland.”
Stikstofspecialist Wim de Vries van Wageningen University & Research wil de stikstofneerslag van piekbelasters niet bagatelliseren maar wil die zeker niet wegstrepen tegen het verminderen van de maximumsnelheid voor het wegverkeer. Volgens hem moet alle stikstofuitstoot omlaag, zowel van ammoniakstikstof (veehouderij) als van stikstofoxiden (onder meer verkeer en industrie).
Verdienmodel
Krimp van de veestapel is volgens De Vries onontkoombaar, als Nederland zijn natuur wil redden. Maar dat betekent niet dat de landbouw moet worden opgedoekt. „We zouden boeren moeten belonen voor inspanningen op het gebied van waterkwaliteit en biodiversiteit. Dat betekent wel dat we bereid moeten zijn om veel meer te betalen voor ons eten dan de pakweg 10 procent van ons inkomen die we daar nu aan besteden.”