Italië rekent op Europese solidariteit
Italië is aanvoerder van een blok van Zuid-Europese landen dat wil dat de Europese Unie zo snel mogelijk met geld over de brug komt zonder veel vragen te stellen.
”Giuseppe Conte vernederd door Wilders”. Zo kopte het rechtse dagblad Libero naar aanleiding van het bezoek vorige week van de Italiaanse premier aan Mark Rutte. Wilders had op het Binnenhof een eenmansdemonstratie gehouden en hield een bord hoog met de tekst: ”Geen cent naar Italië”. De tv-beelden ervan kregen ruime aandacht in Italiaanse media.
Italië is er al maanden boos over dat het klein wordt gehouden door Nederland. Als aanvoerder van de vier ‘strenge’ landen zou Den Haag het de Italianen moeilijk maken om uit de coronacrisis te komen. Symbool voor de Nederlandse politiek staat een videofilmpje van eind april, waarin Rutte een kort gesprekje voert met een vuilnisman. Die doet hem de suggestie van de hand geen geld te geven aan „die Italianen en Spanjaarden”, waarop Rutte hem gerust stelt.
Italiaanse media worden intussen niet moe erop te wijzen dat Nederland multinationals de gelegenheid biedt belasting te ontwijken. Daarmee willen ze aantonen dat Den Haag lak zou hebben aan Europese solidariteit.
Het beeld is dat Nederland de door de coronacrisis getroffen Zuid-Europese landen wel wil helpen, maar alleen onder strenge voorwaarden. Rutte wil inderdaad dat financiële hulp wordt gekoppeld aan garanties dat Italië hervormingen doorvoert. Hij noemde vorige week bijvoorbeeld de verruimde pensioensregeling die vorig jaar is ingevoerd en die de Italiaanse schatkist miljarden kost. Die zou moeten worden ingetrokken. Een brutale inmenging in binnenlandse zaken, oordeelde een deel van de Italiaanse pers verontwaardigend.
Premier Conte zegt binnenslands dat Italië geen strenge voorwaarden accepteert voor de toegang tot fondsen, hoewel de Italiaanse ambassadeur bij de EU ruimte voor hervormingen leek te laten. Rome stelt zich echter formeel op het standpunt dat Europese solidariteit een vanzelfsprekendheid moet zijn.
Toch zijn er ook tegengeluiden in Italië. „Helaas heeft de pandemie in Italië geleid tot de retoriek dat het land slachtoffer is van een kwaadachtig lot,” schreef econoom Carlo Bastasin dinsdag in La Repubblica. „We vragen onmiddellijk om giften in plaats van leningen, alsof anderen ons voor ons ongeluk zouden moeten compenseren.” Volgens Bastasin moet Italië juist niet streven naar een noodfonds dat hooguit drie jaar soelaas biedt. Het gevaar is dan dat de gelden niet goed worden aangewend.
Carlo Cottarelli, een andere econoom van naam, liet zich eveneens kritisch uit richting zijn eigen land. Hij gaf in juni voor een parlementscommissie de aanbeveling steunfondsen vooral structureel aan te wenden en niet om bijvoorbeeld permanente belastingverlaging door te voeren. Zijn achterliggende kritiek was dat het Italië vooralsnog ontbreekt aan een concrete hervormingspolitiek.