Column: Hulde voor de echte helden!
Ruim een maand is er inmiddels verstreken sinds de ”intelligente lockdown” in Nederland van kracht werd vanwege Covid-19. De berichten buitelden in deze weken over elkaar heen. Berichten over de groeiende stroom mensen die opgenomen moeten worden in het ziekenhuis, op de ic. Berichten over de enorme uitdagingen waarvoor de zorgverleners in de ziekenhuizen gesteld worden. En sinds een week ook berichten waarin de opluchting doorklinkt dat het aantal mensen dat op de ic opgenomen is niet verder stijgt en sinds de paasdagen zelfs lijkt te dalen.
Het is lang geleden dat er met zoveel waardering over de zorg werd gesproken. Er werden spandoeken opgehangen bij de ziekenhuizen. Er werd zelfs een nationale dankbetuiging georganiseerd waarin heel Nederland werd opgeroepen op hetzelfde moment te applaudisseren om ”respect, waardering en diepe dankbaarheid” aan hen te betuigen. Ze zijn onze helden die voor ons in de frontlinie staan in de strijd tegen deze onzichtbare vijand.
En het is waar, ze werken in omstandigheden die het uiterste van mensen vragen. Je hoeft de berichten in de sociale media maar globaal te volgen of je leest hun ingrijpende ervaringen, je ziet hun vermoeide ogen, hun door de spatbril en het mondmasker getekende en soms zelfs gehavende gezichten.
En toch bekruipt mij de laatste week meer en meer een gevoel van onbehagen. Niet zozeer vanwege deze berichten. Maar juist vanwege datgene wat we niet of nauwelijks te zien, te lezen, te horen krijgen. Waar zijn de berichten over de ervaringen van de verzorgenden en verpleegkundigen in de verpleeghuizen, in de woonzorgcentra, in de thuiszorg, van de begeleiders in de gehandicaptenzorg?
De maatregelen die voor deze sectoren zijn vastgesteld, hebben enorm veel impact op hen én de mensen die van hun zorg afhankelijk zijn. Mondjesmaat beginnen er berichten te komen vanuit deze sectoren en krijgen we een voorzichtig inkijkje in de gevolgen van de coronapandemie voor hen. En die berichten zijn bepaald niet geruststellend. Juist voor deze sectoren zijn lang onvoldoende tests beschikbaar geweest. En nog steeds blijkt het moeilijk om dat goed geregeld te krijgen. Juist in deze sectoren is er een ernstig tekort aan beschermende pakken, mondmaskers, spatbrillen. Deze verzorgenden en begeleiders werken onder de druk van de angst dat ze niet voldoende middelen hebben om ”hun mensen” te beschermen tegen dit virus, dat juist hen zo hard kan treffen, onder de druk van de vrees dat zijzelf mogelijk anderen besmetten.
Hoe komt het dat we hun verhalen zo veel minder terugzien in de media? Is het omdat de mensen die in deze sectoren werken veel minder snel naar buiten treden met hun verhalen? Dit dóe je toch immers voor ”je mensen”; je kunt hen toch niet in de steek laten?
Of is het omdat wij als samenleving ons zo moeilijk kunnen vereenzelvigen met de mensen die deze zorg ontvangen…? Toen Covid-19 zich door ons land verspreidde, drong het besef langzaam maar zeker door dat het écht een serieuze ziekte is en dat ook ík er zo ziek van kan worden dat een ic-opname nodig is. Dan heb ik helden nodig op wie ik mijn vertrouwen kan stellen, want morgen ben ík misschien degene voor wie zij vechten… En precies dat ontbreekt als het gaat om de zorg in deze sectoren; dat betreft anderen, niet mij.
Maar, aansluitend bij de heroïsche retoriek in de media over zorgverleners in de acute zorg, zijn deze verzorgenden, deze begeleiders niet juist de frontsoldaten die met hun voeten in de modder van de loopgraven staan? Zij werken in relatieve onzichtbaarheid in omstandigheden die vaak veel meer dan het uiterste van hen vragen. En toch staan ze zonder aarzelen klaar om te doen wat er gedaan moet worden voor de meest kwetsbare mensen in onze samenleving! Daarom verdienen juist zíj ons ultieme respect en onze ultieme waardering. Daarom, driewerf hulde voor deze verzorgenden, verpleegkundigen en begeleiders. Zij zijn onze wérkelijke helden!
De auteur is universitair hoofddocent bij de afdeling Verplegingswetenschap van het UMC Utrecht.