Zeeuwse terreurverdachte moet in de cel blijven
De 48-jarige van terrorisme verdachte Ahmad Al K. blijft ondanks een herhaald verzoek van zijn advocaat voorlopig in de cel. Zijn 14-jarige dochter is ernstig ziek en Al K. wil graag bij haar zijn. De rechtbank noemt de verdenkingen tegen hem echter zo ernstig, dat hij vast moet blijven zitten „hoe heftig en schrijnend de omstandigheden ook zijn”.
Al K. wordt ervan verdacht dat hij heeft deelgenomen aan een standrechtelijke executie van een Syrische militair in 2012. De Syriër werd vorig jaar in het Zeeuwse dorp Kapelle na een undercoveractie van de politie aangehouden. Hij was daar een paar jaar geleden komen wonen met zijn vrouw en zeven, veelal nog jonge kinderen.
Al K.’s dochters heeft kanker. Zijn advocaat had daarom gevraagd hem vrij te laten, zodat hij bij het meisje kan zijn. Hij kon haar eens in de paar weken bezoeken, was geregeld met de penitentiaire inrichting waar hij zit, maar door de huidige coronacrisis wordt dat steeds moeilijker. Ook is het meisje ernstig verzwakt door chemobehandelingen, hij zou dus eerst twee weken in quarantaine moeten voordat hij bij haar kan zijn.
De Syriër wordt verdacht van terrorisme en oorlogsmisdrijven in zijn thuisland. Volgens het Openbaar Ministerie was Al K. commandant van de terroristische organisatie Jabhat al-Nusra en zou hij hebben deelgenomen aan de gewapende strijd.
Wanneer de inhoudelijke behandeling van deze zaak gaat plaatsvinden, is nog de vraag. Het onderzoek is nog niet klaar. Ook het verhoor van diverse getuigen levert problemen op. Volgens de officier van justitie durven meerdere mensen niet te verklaren over Al K. uit angst dat henzelf of hun familie iets wordt aangedaan. De Syriër reageerde daarop dat hij kon „garanderen” dat deze mensen niets zou overkomen.
De volgende voorbereidende zitting is gepland op 18 juni.