Uitleg: Beeld rond capaciteit ic’s kan in een paar uur weer omslaan
„Ga tot het uiterste bij het opschalen van de ic-zorg”, eiste de Tweede Kamer donderdag van minister De Jonge. Dat doet de bewindsman, maar opluchting kan in een paar uur weer omslaan in zorg. Vier vragen.
Hoe gaat dat opschalen in z’n werk?
Aan het begin van de pandemie hadden ziekenhuizen 1150 intensivecarebedden met beademingsapparatuur. Daarvan waren er circa 800 bezet of gereserveerd. Er waren dus van meet af aan zo’n 350 ic-bedden beschikbaar voor coronapatiënten. Dat aantal is de afgelopen weken snel verhoogd naar 575, doordat ziekenhuizen geplande, niet-acute chirurgische ingrepen hebben afgezegd.
Donderdag lagen er al 761 coronapatiënten op de ic. Gelukkig was daarvoor al opschalingsfase 2 begonnen. Dat is de fase waarin de ic-capaciteit met man en macht en met kunst- en vliegwerk wordt uitgebouwd. Bijvoorbeeld door quarantaine- en operatiekamers zo snel mogelijk vol te zetten met ic-bedden, op zoek te gaan naar extra beademingsapparaten (bijvoorbeeld bij defensie en bij privéklinieken) en personeel bij te scholen voor het bedienen daarvan.
Hoeveel ic-bedden hebben we nodig?
De modelleurs van het RIVM proberen het verdere verloop van de crisis zo goed mogelijk te voorspellen. Zij waarschuwen voor een somber scenario met twee pieken, waarbij er op 1 april 1600 bedden moeten zijn en eind mei zo’n 2200. Iedereen weet wat er vervolgens in een Tweede Kamerdebat gebeurt: bepaalde oppositiepartijen eisen van het kabinet dan de garantie dat de capaciteit op tijd is uitgebouwd. Donderdag was er tegen halfdrie even opluchting. Het kabinet kreeg toen van de voorzitter van de beroepsvereniging van ic-artsen door dat de deadline van 1 april waarschijnlijk net wordt gehaald. Aan het begin van de avond waarschuwde de vereniging echter dat er donderdag onverwacht veel nieuwe coronapatiënten naar de ic waren gebracht: 117. Mogelijk komt de rond 1 april verwachte piek dus eerder. Zodoende kregen zorgen over de ic-capaciteit vrijdag toch weer de overhand.
Klopt het dat artsen nu al uitkiezen wie er nog wel naar de intensive care mag en wie niet?
Nee, dat zwarte scenario, dat in jargon bekendstaat als crisis- of oorlogstriage, is nog niet van kracht. Alleen, patiënten naar de ic doorsturen is nooit een automatisme. Het is in Nederland gebruikelijk dat artsen eerst zo goed mogelijk inschatten of iemand zo’n intensieve behandeling, gegeven zijn of haar conditie, nog wel kan doorstaan. Daarna volgt overleg met de patiënt en de familie; ook over diens behandelwensen. Dat alles kan ertoe leiden dat iemand dus niet meer op de ic belandt en elders in het ziekenhuis, in het verpleeghuis of een andere zorginstelling overlijdt.
Zijn artsen al voorbereid op een crisistriage en wat gebeurt er dan?
Crisistriage betekent: pijnlijke keuzes maken. Oftewel, patiënten die anders mogelijk nog waren ingestuurd geen ic-zorg meer geven, in een poging de intensieve zorg zo gericht mogelijk in te zetten. Ja, artsen zijn voorbereid. De Taskforce Acute Infectiologische Bedreigingen heeft het zogeheten draaiboek pandemie tien dagen terug al geüpdatet en verspreid onder artsen. Daarin staan ook de triagecriteria. De kern daarvan is: selecteer patiënten zo dat er door de ic-zorg die nog beschikbaar is nog zo veel mogelijk extra levensjaren worden gewonnen. En voor de duidelijkheid: of iemand dan wordt ingestuurd hangt niet af van slechts één enkel criterium zoals bijvoorbeeld leeftijd. Artsen laten dan iemands totale medische conditie meewegen.