Opinie

Bied identitaire zorg aan iedereen tussen wal en schip

Wat bedoelen we met identiteitsgebonden zorg? Gaat het om de identiteit van de zorgverlener of de organisatie die zorg verleent? Of ligt het accent op de identiteit van de zorgvrager? Hoe de kerk sinds de eerste christengemeenten haar zorgtaak invulde, is leerzaam voor nu.

Ds. W. J. C. van Blijderveen
17 February 2020 09:05Gewijzigd op 17 November 2020 07:19
In Nederland was de zorg voor mensen een zaak van maatschappelijke krachten. In de loop van de negentiende en zeker in de twintigste eeuw trekt de overheid de verantwoordelijkheid naar zich toe. Ze wil de kerkelijke liefdadigheidsinstellingen binden aan w
In Nederland was de zorg voor mensen een zaak van maatschappelijke krachten. In de loop van de negentiende en zeker in de twintigste eeuw trekt de overheid de verantwoordelijkheid naar zich toe. Ze wil de kerkelijke liefdadigheidsinstellingen binden aan w

Met een verwijzing naar Luther stel ik dat identiteitsgebonden zorg gaat over de roeping voor een ander een Christus te zijn.

In de christelijke traditie staat deze roeping in het kader van de dankbaarheid. Gregorius van Nazianze preekte rond 370 over de liefde voor de armen. Hij stelt dan: Je wilt anderen laten delen in de zegeningen en vreugde die je zelf ontvangen hebt. Daarbij is een orde aan te brengen. Ambrosius van Milaan geeft een nuchtere inperking. Het begint thuis. Hij wijst er met een beroep op Jozef als onderkoning van Egypte ook op dat we mensen moeten helpen opdat ze voor zichzelf kunnen zorgen. De zelfredzaamheid van de ander zien we daarin aan de orde komen. Augustinus wijst erop dat je in het bijzonder aandacht moet hebben voor diegenen die door de toevalligheid van tijd en plaats of omstandigheden nabij zijn. De echo van het apostolische vermaan klinkt door: Doet wel aan allen, maar in het bijzonder aan de huisgenoten van het geloof.

Keizer Julianus (361-363) schrijft in een van zijn brieven: „In elke stad moeten opvanghuizen gebouwd worden waarin vreemdelingen die geldgebrek hebben (…) onze filantropie kunnen ondervinden. Want het is een schande dat onder de Joden niemand hoeft te bedelen, en nog ergerniswekkender is het dat de goddeloze Galileeërs niet slechts hun eigen armen voeden, maar ook de onze. Iedereen kan zien dat onze mensen elke ondersteuning missen.”

Rond 370 bouwde Basilius de Grote, grotendeels op eigen kosten, een opvanghuis. Het was een onderkomen voor pelgrims. Maar ook zieken, wezen en daklozen vonden er onderdak. Er waren artsen aanwezig. Er was een werkplaats waar wezen en daklozen een vak konden leren. De stimulerende rol van de kerk hierin blijkt wel uit het feit dat het in 325 gehouden concilie van Nicea besloot om het oprichten van hospitalen en weeshuizen bij de bisschoppen aan te bevelen.

Verzorgingsstaat

De Reformatie heeft sterk oog gehad voor het geheel van de samenleving. Luther stelt dat er geen grotere dienst aan God bestaat dan die van de christelijke liefde die de behoeftigen helpt en dient. Luther vertrouwde de zorg toe aan de overheid.

Onder meer in Wittenberg zorgde de overheid voor een goede regeling, waarbij ze rekende op de steun van de kerk. De overheid kreeg zo veel invloed op de voorwaarden en inhoud van de christelijke zorg voor de armen. Bij Bucer en Calvijn komen we de nadruk op het zorg dragen voor elkaar tegen, met een beroep op de Vroege Kerk.

Diaconaat in de breedste zin van het woord behoort tot het wezen van de kerk. Calvijn wilde de mensen die betrokken waren bij het in 1535 in Genève opgerichte hospitaal graag zien als kerkelijk werkers.

In Nederland was de zorg voor mensen een zaak van maatschappelijke krachten. In de loop van de negentiende en zeker in de twintigste eeuw zien we een verschuiving. De overheid trekt de verantwoordelijkheid naar zich toe. De eerste pogingen vinden plaats in de negentiende eeuw. De overheid wil de kerkelijke liefdadigheidsinstellingen binden aan wettelijke voorschriften. Dat wordt van kerkelijke zijde van de hand gewezen, uit vrees dat de overheid zich inhoudelijk bemoeien zal met de voorwaarden van de kerkelijke zorg. In de loop van de jaren neemt de steun die de overheid verleent toe. In de twintigste eeuw ontwikkelt Nederland zich tot een verzorgingsstaat.

Participatiesamenleving

In die context ontstaan initiatieven tot identiteitsgebonden zorg. Daarbij gaat het om zorg die bekostigd wordt door overheid of verzekeringsmaatschappijen, maar geleverd wordt vanuit een organisatie die past bij de identiteit van de zorgvrager. Voor de beroepsnorm en de professionaliteit van de zorgverlener gelden algemeen wettelijke kaders. Daarbinnen is ruimte voor levensbeschouwelijke overwegingen. Maar hoe groot is die ruimte? De discussie rond Siriz en Tot Heil des Volks is tekenend. De ruimte om vanuit identiteit keuzes te maken waarbij ook aanspraak wordt gemaakt op vergoeding door overheid of verzekeringsmaatschappij lijkt kleiner te worden. Anderzijds is hier het gevaar groot dat het principe ”de klant is koning” gaat heersen.

Vandaag staan we voor nieuwe uitdagingen. Er is een transitie naar een participatiesamenleving nodig. Steeds meer wordt een beroep gedaan op het sociale netwerk van mensen. Hier liggen kansen.

In de samenleving waarin mensen zijn aangewezen op elkaar hebben we de roeping om voor die ander een Christus te zijn. Juist voor hen die tussen wal en schip dreigen te vallen. Ik zie ouderen zonder indicatie voor het verpleeghuis eenzaam thuis wonen. Ik zie kinderen en jongeren met een rugzak die extra begeleiding nodig hebben, maar daarvoor wettelijk niet in aanmerking komen. Zou voor identiteitsgebonden zorg niet juist ook daar een taak liggen, gefinancierd door de kerk of een particulier initiatief?

Doe wel aan allen, inzonderheid aan de huisgenoten van het geloof! Vanuit christelijk perspectief gaat identiteitsgebonden zorg over de zorgverlener en de organisatie. Maar er zijn geen identiteitsgrenzen als het de zorgvrager betreft.

De auteur is predikant van de hersteld hervormde gemeente te Woudenberg. Dit artikel is een samenvatting van zijn lezing tijdens de vierde conferentie van ”Passend Verbinden”, op 7 februari in Gouda.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer