De AU heeft nu 80 waarnemers en 310 militairen in Darfur. Dat worden er in totaal 3320, onder wie 450 waarnemers en 810 man politie. De extra manschappen blijven in eerste instantie een jaar. De kosten, 178 miljoen euro, worden voornamelijk betaald door de Europese Unie en de Verenigde Staten.

De strijd in Darfur heeft sinds februari 2003 70.000 mensen het leven gekost en bijna 1,5 miljoen inwoners op de vlucht doen slaan. De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Colin Powell, sprak in juli van genocide door de Sudanese regering en door haar gesteunde Arabische milities, maar geen enkel ander land gaat zo ver. De Verenigde Naties zijn een onderzoek naar mogelijke oorlogsmisdaden in de regio begonnen. De ambassadeur van Kameroen bij de AU erkende gisteren dat er in Darfur sprake is van massaal lijden, maar ontkende dat het om genocide gaat.

Het mandaat van de AU-macht bepaalt dat „burgers moeten worden beschermd in het geval van een directe dreiging”, maar daarbij wordt expliciet gesteld dat de regering van Sudan als eerste verantwoordelijk blijft voor de bescherming van de burgerbevolking. Er is nog geen specifieke geweldsinstructie voor de troepenmacht opgesteld. Djinnit zei dat ernaar wordt gestreefd de troepenmacht voor het einde van de maand, of begin volgende maand, in Darfur te hebben.

De regering van Sudan en vertegenwoordigers van de twee rebellenbewegingen in de regio hervatten zaterdag hun vredesoverleg in Nigeria. Eigenlijk zou deze nieuwe ronde vandaag beginnen, maar de rebellen konden hun delegaties niet op tijd in de Nigeriaanse hoofdstad Abuja krijgen. Een eerdere ronde van vredesbesprekingen in Nigeria werd afgebroken nadat was overeengekomen hulpverleners vrije toegang te verlenen tot mensen in nood. Een van de rebellenbewegingen weigerde de overeenkomst te ondertekenen als niet ook andere zaken werden geregeld, zodat het beraad uiteindelijk weinig opleverde.

Zuid-Afrika liet gisteren weten dat het tien militaire waarnemers naar Darfur stuurt. De waarnemers blijven tot maart 2006 in de regio.

Een rechtbank in Sudan heeft een leider van de Janjaweed-milities veroordeeld wegens het plegen van gewelddaden in Darfur. Dat heeft het ministerie van Justitie gisteren bekendgemaakt.

De Janjaweed-leider kreeg drie jaar gevangenisstraf en een boete van 20 miljoen Sudanese pond (31.000 euro) opgelegd. Hij werd schuldig bevonden aan „het plunderen van koeien en verbranden van eigendommen.” De rechtszaak had vorige week plaats.

Sudan staat onder grote internationale druk om de Janjaweed aan te pakken. De milities, die gesteund zouden worden door de regering, worden verantwoordelijk gehouden voor aanvallen op dorpelingen in Darfur. Het geweld daar -van Arabische milities en twee rebellengroeperingen- heeft volgens de Verenigde Naties de afgelopen anderhalf jaar tienduizenden mensen het leven gekost en zeker een miljoen mensen op de vlucht gejaagd.

Hoewel Sudan beweert verschillende Janjaweed-leden achter de tralies te hebben gegooid, stellen mensenrechtenorganisaties dat alleen weinig belangwekkende criminelen zijn veroordeeld en geen militieleiders.