Nieuw CDA-Kamerlid Palland: Ik hoop herkenbaar te zijn aan mijn geloof
Leeuwarden wacht op burgervader Sybrand Buma (CDA), die dinsdag afscheid nam van de Tweede Kamer. Zijn opvolger, Hilde Palland-Mulder, werd woensdag beëdigd.
Een soort liefde op het eerste gezicht. Zo omschrijft Palland (1979) het moment waarop ze als rechtenstudente in Groningen in contact kwam met vertegenwoordigers van het CDA en besloot lid te worden. Waarom er zo snel herkenning was met die partij? „Ik kom niet uit een politiek bevlogen gezin. Wel brachten onze ouders mijn broer en zus en mij bij dat je verantwoordelijkheid moest nemen voor je eigen daden”, verklaart Palland. „En dat je moest omzien naar elkaar.”
In haar woonplaats Kampen zat Palland, moeder van een dochter van vierenhalf, 12 jaar in de gemeenteraad. Ze schopte het tot fractievoorzitter. Haar man is jeugdouderling in de Nederlands Gereformeerde Kerk in de Overijsselse Hanzestad. Zelf raakte ze onder meer betrokken bij het kerkelijk jongerenwerk.
Gaat uw christen-zijn straks een rol spelen in uw functioneren als Kamerlid?
„Zeker, want mijn geloof in God is onderdeel van wie ik ben. Hopelijk is dat ook voor mijn omgeving herkenbaar. Gelukkig leven we in een land waar je je leven kunt inrichten vanuit je geloofsovertuiging en bepaalde zaken daaruit via het bijzonder onderwijs ook kunt doorgeven aan je kinderen. Die vrijheid gun ik iedereen, christen of niet.”
Wat motiveerde u om actief te zijn binnen uw kerkelijke gemeente?
„Onder andere de bijzondere ontmoetingen die je met gemeenteleden en anderen hebt. Twee jaar geleden organiseerde onze gemeente de vrouwendag van de NGK en mocht ik de boel als dagvoorzitter aan elkaar praten. Bij die gelegenheid trof ik ook de pas overleden zangeres van Sela, Kinga Bán. Zij was toen al heel erg ziek, maar toch nog in staat om een miniconcertje te geven. Buitengewoon indrukwekkkend was dat.”
In 2016 startte u een voorkeurscampagne om in de Tweede Kamer te komen, met als speerpunten werk en gezin. Bent u het CDA-rolmodel voor werkende moeders?
„Dat is wel heel erg pretentieus. Nee, mijn punt was vooral dat een gezin zoveel als mogelijk een minisamenleving van kinderen en ouders moet zijn, of die ouders nu een vader en een moeder, of twee vaders of twee moeders zijn. Ze moeten de mogelijkheid hebben om samen te kijken hoe ze zorg en werk het beste kunnen combineren. Zonder aan te lopen tegen allerlei beperkingen, zoals verkeerde fiscale prikkels of een slecht georganiseerde opvang. Gezinnen hebben baat bij stabiliteit en rust.”
U bent mede-eigenaar van een adviesbureau voor maatschappelijk vastgoed. Hoe reageerden uw zakenrelaties toen u zei: Ik vertrek?
Sommige opdrachtgevers zuchtten: „Oké, gefeliciteerd. Echt heel bijzonder, maar, hoe gaan we dit netjes afronden?” Richting klanten die expliciet aangaven dat ze mij graag wilden als adviseur maakte ik altijd al het voorbehoud dat ik eerste lijstopvolger was van het CDA. Voor de afspraken die nog stonden, is het even puzzelen, want vanaf woensdag is het Kamerlidmaatschap iets wat mijn volle aandacht vraagt.”