Boeven vangen is niet hun vak, maar bankiers doen wel beter hun best
De banken zijn druk bezig grotere inspanningen te leveren om witwassen te voorkomen. De megaboete die ING vorig jaar moest betalen, heeft duidelijk gefungeerd als alarmbel.
Het onderwerp staat inmiddels prominent op de agenda, in de politiek, maar ook in de bestuurskamers van de financiële bedrijven. Het is daar Chefsache geworden, zoals dat heet, een zaak voor besluitvorming op het hoogste niveau. Begrijpelijk, want het vertrouwen van het publiek in de banken houdt sinds de crisis toch al niet over, leren peilingen. Als je in de fout gaat bij het opsporen van transacties van criminelen –die bedoeld zijn om geld te onttrekken aan het oog van justitie en belastingdienst– betekent dat opnieuw reputatieschade. Je krijgt dan een etiket opgeplakt dat je niet zomaar kwijtraakt.
Controleren wie de klant is, alert zijn op dubieuze stortingen en overboekingen, het hoort bij de taken van de banken. Zij vervullen volgens de wet een poortwachtersfunctie. Onderzoekers van het ministerie van Justitie schatten dat desondanks in Nederland jaarlijks zo’n 16 miljard euro wordt witgewassen. Dat is nota bene meer dan 2 procent van ons bruto binnenlands product.
Afgelopen september trof ING een schikking van 775 miljoen euro om een strafproces af te kopen. Het had zijn zaken in ernstige mate niet op orde. Twee weken terug verleenden de aandeelhouders de bestuurders van het concern daarom geen decharge voor hun beleid in 2018. Zoiets gebeurt zelden. We mogen het aanduiden als een motie van afkeuring, een krachtig signaal dat het roer om moet.
De straf voor ING springt er qua omvang uit, maar andere banken lopen eveneens tegen boetes, waarschuwingen en aanwijzingen aan. In het buitenland zien we hetzelfde. Zo ontsloeg in maart de Zweedse bank Swedbank zijn CEO na onthullingen over het doorsluisen van zwart geld. Vorig jaar ruimde de hoogste baas van de Deense Danske Bank om die reden het veld.
Witwassen moet met wortel en tak worden uitgeroeid, zei minister van Financiën Hoekstra onlangs. En het lijkt erop dat de sector gehoor geeft aan de politieke en maatschappelijke druk. Uit mededelingen van de betrokken ondernemingen in de voorbije maanden valt op te maken dat zij het probleem serieus aanpakken, dat zij maatregelen treffen, verbeterprogramma’s zijn gestart en veel extra medewerkers aantrekken om illegale praktijken op te sporen. De schrik zit er goed in, de ING-boete heeft ze wakker geschud. Nu maar hopen dat die aandacht beklijft.
Want bankiers willen vooral geld verdienen. Boeven vangen is niet hun vak en brengt alleen maar hoge kosten mee. Topman Kees van Dijkhuizen van ABN AMRO noemde eerder voor zijn organisatie een bedrag van 100 miljoen euro per jaar. Maar het hoort er nu eenmaal bij; en een beschadigd imago valt mogelijk duurder uit.
De politiek heeft trouwens ook nog wel werk te doen. Zo vormt de privacywet een obstakel bij het bestrijden van witwassen. Als een bank een klant de deur wijst vanwege verdachte transacties, kan zo iemand bij de concurrent gewoon weer een rekening openen. De privacyregels verbieden bedrijven in de sfeer van de geldstromen om elkaar te waarschuwen. Vreemd toch? We vragen op dit terrein veel van banken, geef ze dan de ruimte om in samenwerking de samenleving van dienst te zijn.