Maduro kan beter vertrekken, maar staatsgreep is de manier niet
De interim-president van Venezuela, Juan Guaido, was het zat. Als de macht niet naar hem toekwam, zou hij die wel grijpen. In zijn ongeduld wilde hij een daad stellen.
Na twee dagen spanning en onzekerheid is het resultaat van de staatsgreep in Venezuela voorlopig nul. Of beter: één-nul voor zittend president Nicolas Maduro.
Maduro ontkent dat er een coup aan de gang is. Feitelijk is dat natuurlijk niet waar. Maar het is wel een teken dat hij de zaak voorlopig onder controle heeft. Er bleek slechts een klein deel van het leger achter Guaido aan te gaan.
De vraag is of dit het einde is. De grootschalige protestbijeenkomsten op 1 mei kunnen een vervolg krijgen en allerlei onverwachte wendingen nemen. Voorlopig is de situatie dus onvoorspelbaar.
Ook voor de wereldvrede is het één-nul. De grootmachten bemoeien zich ermee. De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Mike Pompeo, was heel gretig om Guaido te helpen. Bijvoorbeeld door te zeggen dat Maduro al een vliegtuig klaar had staan om te vluchten, maar dat de Russen hem hadden tegengehouden.
Dat laatste zou best waar kunnen zijn, maar weten doen we het niet. Maar omdat Amerika zich zo nadrukkelijk opstelde achter Guaido, nam Rusland president Maduro in bescherming. En zo krijgt de strijd in Venezuela een ouderwets Koude Oorlogtintje.
Pompeo zegt dat de VS niets uitsluiten, zelfs geen militair ingrijpen in Venezuela. Het zou niet voor het eerst zijn dat Washington in Latijns-Amerika intervenieert. Maar het zou evenmin de eerste keer zijn dat dit mislukt en tot grote spanning in de wereld leidt.
De onrust gaat terug op de presidentsverkiezingen van vorig jaar mei. Toen zou Maduro zijn herkozen, maar er is twijfel over de eerlijkheid van de stemming. Het parlement heeft de uitslag daarom afgekeurd en parlementsvoorzitter Guaido benoemd als interim-president. Veel buitenlandse regeringen, waaronder de Nederlandse, erkennen Guaido als voorlopig staatshoofd.
Op zich zou het mooi zijn als Maduro opstapt. Venezuela kan dan onder tussenpresident Guaido opnieuw de stembus openen. Het vasthouden aan een besmette verkiezingsuitslag isoleert het land alleen verder.
Maar het grijpen van de macht als interim-president is niet de juiste weg. De macht van de overheid wortelt in eerlijke en rechtmatige verkiezingen. In een staatsgreep draait het ook om recht, maar dat is niet het recht van de wet, maar het recht van de sterkste.
Guaido kan wel zeggen dat hij zo snel mogelijk nieuwe verkiezingen wil houden. Maar in de praktijk komt het er meestal op neer dat een staatsgreep zoveel onrust geeft dat de noodtoestand wordt uitgeroepen en dat de verkiezingen niet meer echt vrij zijn of (soms jarenlang) worden uitgesteld. Het valt daarom te vrezen dat Juan Guaido met zijn ongeduld zijn land geen dienst heeft bewezen.