Onzekerheid over toekomst Siriz
Er komen nieuwe financieringsregels voor zorginstellingen zoals Siriz die keuzehulp bieden aan onbedoeld zwangere vrouwen. „Ik zou graag willen weten waar ik aan toe ben”, reageert Sirizbestuurder Ronald Zoutendijk desgevraagd.
De financiering van organisaties voor keuzebegeleiding is niet duurzaam geborgd, liet VWS-staatssecretaris Paul Blokhuis dinsdag weten in een brief aan de Tweede Kamer. Tot die organisaties behoren naast Siriz onder meer de lokale GGD’s. Ook het expertisecentrum Fiom biedt keuzebegeleiding.
Komend najaar start het ministerie een soort aanbestedingsronde; in de woorden van Blokhuis een „open house”-constructie. Via die route „kunnen partijen zich inschrijven en een meerjarig contract sluiten met de overheid.” De landelijke financiering voor keuzehulpgesprekken moet zo geborgd blijven. VWS blijft daarnaast geld uittrekken voor online- en face-to-facehulpverlening.
Is de toekomst van Siriz daarmee veiliggesteld? „Ik zou het niet weten”, verzucht Zoutendijk. Dit jaar ontvangt zijn organisatie van het ministerie een subsidie van 1,5 miljoen euro. Dit bedrag wordt aangevuld met donaties vanuit de achterban en met geld dat beschikbaar wordt gesteld door de Vereniging ter Bescherming van het Ongeboren Kind (VBOK), waaraan Siriz is gelieerd. De inkomsten worden aangewend voor preventielessen op scholen, voor hulpverlening (telefonisch en online) en voor de zogeheten individuele, specialistische ondersteuning, waaronder de keuzebegeleiding.
Momenteel is het volgens Zoutendijk onzekerheid troef. „Het kabinet stelt deze periode 53 miljoen euro extra beschikbaar voor de zorg rond onbedoelde zwangerschappen. Ook preventie-activiteiten krijgen een financiële impuls, maar dat extra geld gaat vooral naar scholen, leid ik af uit Blokhuis’ brief. Op zich begrijpelijk, maar onze medewerkers plannen nu al lessen in voor het komend halfjaar.”
Dat het ministerie de hulpverlening blijft financieren, is mooi, vindt de Sirizbestuurder. „Inmiddels is het echter half september. De financiering van de GGD’s is al rond, terwijl ik op mijn subsidie-aanvragen voor 2018 nog geen enkele reactie heb gehad.”
Zoutendijk vindt het niet bezwaarlijk om mee te doen aan een aanbesteding om zo de keuzebegeleiding van Siriz gefinancierd te krijgen. „Een prangende vraag daarbij is wel: Waar trekt het departement straks nog geld voor uit? Alleen nog voor één, twee korte keuzehulpgesprekken? Of mogen we ook helpen bemiddelen tussen gemeenten en cliënten die graag in aanmerking komen voor tijdelijke huisvesting? En zo ja, tegen welk tarief?”
Het besluit van het ministerie om de subsidie voor Siriz op voorstel van de SGP te verhogen naar 1,5 miljoen dateert van 2013. In de Tweede Kamer gingen behalve de ChristenUnie en het CDA na het nodige geharrewar ook VVD, PvdA, D66, GroenLinks en de Partij voor de Dieren overstag.
In de Volkskrant stelde PvdA-Kamerlid Ploumen woensdagochtend: „Achteraf hadden we dat misschien niet moeten doen.” Ze reageerde op een publicatie over Siriz in De Groene Amsterdammer. Volgens het blad probeert de hulporganisatie vooral vrouwen schuld- en schaamtegevoelens aan te praten, in de hoop dat ze zo afzien van een abortus. Zoutendijk: „De primaire verantwoordelijkheid voor de uiteindelijke keus ligt bij de vrouw. Dat is ook ons uitgangspunt. Daarnaast bepaalt de wet dat wij voorlichting moeten geven over alternatieven en moeten nagaan of een vrouw vrijwillig en in het besef van haar verantwoordelijkheid voor ongeboren leven tot haar keus komt. Daar houden wij ons aan.”
„Doe meer tegen onbedoelde zwangerschap”
Het aantal onbedoelde zwangerschappen in Nederland kan nog veel verder worden teruggedrongen, vooral bij kwetsbare groepen, vindt staatssecretaris Blokhuis (Volksgezondheid). Dinsdag stuurde de bewindsman het zevenpuntenplan Onbedoelde Zwangerschappen naar de Tweede Kamer. Daarin zet hij uiteen hoe het bedrag van 53 miljoen euro dat in deze kabinetsperiode beschikbaar is voor het plan wordt besteed.
Onderdeel van de plannen is een meerjarig stimuleringsbudget voor seksuele voorlichting op scholen, „op een manier die zo dicht mogelijk aansluit bij hun overtuigingen, visie en filosofie.” Aparte aandacht is er daarnaast voor het voorkomen van onbedoelde zwangerschappen bij hoogrisicogroepen, zoals vrouwen die dakloos zijn of te kampen hebben met een psychische stoornis, een verslaving, een verstandelijke beperking of een sociaal isolement. Voor deze vrouwen moet er meer maatwerkbegeleiding komen. Zo zouden hulpverleners kwetsbare vrouwen met zachte hand moeten zien te overreden om vrijwillig in te stemmen met langdurig anticonceptiegebruik. Zorginstellingen in onder andere Tilburg deden de afgelopen jaren in een proefproject al ervaring op met zo’n benadering.