Bedrijven verdeeld over dividend
Grote beursgenoteerde bedrijven en buitenlandse beleggers zien nauwelijks voordelen in de afschaffing van de dividendbelasting. Uit een rondgang langs vooraanstaande AEX-bedrijven en grote, vooral Britse beleggers blijkt dat er onder deze begunstigden van de maatregel geen uitgesproken steun te vinden is voor het plan, meldt het FD.
Dat Shell, Unilever en AkzoNobel het voorstel steunen is volgens de krant bekend; zij hebben gelobbyd om de belasting afgeschaft te krijgen. Andere bedrijven en beleggers zien de noodzaak niet. Chipmachinemaker ASML, mediabedrijf Wolters Kluwer en tankopslagbedrijf Vopak zeggen dat de dividendtaks geen rol speelt bij de afweging van hun plannen. Philips zegt er neutraal in te staan.
Voor het Amerikaanse BlackRock, met een belegd vermogen van 6.317 miljard dollar (5407 miljard euro) ’s werelds grootste vermogensbeheerder en tevens grootste aandeelhouder van Shell en Unilever, is dividendbelasting „geen belangrijke overweging” bij het nemen van beleggingsbeslissingen.
De geringe steun vanuit het bedrijfsleven maakt de argumentatie van premier Mark Rutte dunner. Hij heeft steeds gezegd dat grote bedrijven de afschaffing van de dividendbelasting een zwaarwegend argument vinden om zich wel of niet in Nederland te vestigen.
Dinsdag gaven economen van ING en Rabobank tegenover RTL Z al aan te twijfelen aan het nut van het afschaffen van de dividendbelasting. Het is niet aangetoond dat het schrappen van deze belasting voor bedrijven goed is voor de werkgelegenheid.
Dividend is een winstuitkering van bedrijven aan aandeelhouders. Nu moeten bedrijven 15 procent van de uit te keren geldbedragen inhouden en overmaken naar de Belastingdienst. Als dat niet meer hoeft, zorgt dat volgens het kabinet voor het behoud van banen. De maatregel kost de Nederlandse staat ongeveer 2 miljard euro.