Nieuw dualisme „pure volksverlakkerij”
Wat kunnen ze het toch ongelooflijk goed met elkaar vinden, die fractievoorzitters van de coalitiepartijen. De chemie tussen hen drieën is zo goed, dat ze het kabinet onlangs konden verrassen met een pakket van 1,2 miljard aan beleidswijzigingen. Echt dualistisch, roepen ze apentrots. „Je reinste volksverlakkerij”, vindt politicoloog Krouwel.
De Volkskrant had er afgelopen zaterdag een mooie kop boven gezet: ”Het ’kabinet-Berlage’ grijpt de macht”. Opgeschreven uit de mond van Verhagen (CDA), Van Aartsen (VVD) en Dittrich (D66) tekende de krant de „knalgoede sfeer” tussen de fractieleiders van de regeringspartijen. Van de beschrijving die de drie heren geven van een avondje doorzakken na de Algemene Beschouwingen, in de Haagse brasserie Berlage, druipt de camaraderie af. Van Aartsen: „Een ontiegelijk gezellige avond.”
Het is behalve een spontane, ook een functionele gezelligheid. Want het samenkomen van dit drietal heeft voor de politiek grote gevolgen. Behalve de 1,2 miljard aan wijzigingen in de miljoenennota, zorgde het ’kabinet-Berlage’ ervoor dat de huisarts uit de no-claimregeling verdween en dat langdurige werklozen, wellicht, verplicht worden onder het minimumloon te werken.
Dat de echte regering misschien niet blij is met de activiteiten van dit ’schaduwkabinet’, lijkt hen niet te deren. Dittrich: „Ik ben niet in de Kamer gekomen om zaken in de doofpot te stoppen.” Verhagen: „Wij zijn nu eenmaal geen makke schapen.” En Van Aartsen: „Wij hebben een nieuw circuit ontwikkeld. Dat is misschien niet zo aangenaam voor het kabinet, maar het is er wel.”
Dat feit valt inderdaad niet te ontkennen. Waar de afgelopen tijd wél discussie over ontstond, is de pretentie van de fractievoorzitters dat zij eindelijk het veelgeprezen dualisme hebben teruggebracht aan het Binnenhof. Kamervoorzitter Weisglas voelde zich gisteren gedrongen daar in zijn weekboek afstand van te nemen. Om deze vorm van samenwerking hernieuwd dualisme te noemen, gaat hem te ver. Daarvan zou pas sprake zijn, aldus Weisglas, als de drie fractievoorzitters in een open debat met de Kamer bereid waren geweest hun voorstellen aan te passen, in plaats van die plannen als een „onwrikbaar standpunt” aan het parlement te presenteren.
Dat is ook de mening van oud-GPV-kamerlid Schutte. „Er is geen openheid geweest en dus geen echt dualisme.” De recente gang van zaken doet hem denken aan de behandeling van de politiewet, begin jaren negentig. „De coalitiefracties CDA en PvdA kwamen toen, tijdens het debat, met ingrijpende wijzigingen. Maar het was allemaal voorgekookt. De maar liefst 21 amendementen waren precies over de regeringsfracties verdeeld.”
De kritiek van de politicoloog dr. A. Krouwel op de uitspraken van Verhagen, Van Aartsen en Dittrich gaat nog een stap verder. „Dit voorstellen als dualisme is je reinste volksverlakkerij.”
Voor Krouwel moet nog maar bewezen worden dat er geen overleg met bewindslieden heeft plaatsgevonden. „Dat moeten we op hun gezag aannemen. Maar controleren kunnen we het niet. De burger heeft geen inzicht in hun agenda, hun e-mail-verkeer of de rekening van hun mobiele telefoon.”
Maar nog afgezien daarvan meent hij dat dualisme in het geheel niet mogelijk is in ons huidige staatsbestel. „Wij kennen een grote onderlinge verwevenheid van volksvertegenwoordiging en kabinet.” Voor dit „extreem monistische stelsel” hebben we ooit zelf gekozen, stelt de politicoloog. „Alleen Slowakije en Israël zijn net zo monistisch.”
Dualisme is alleen mogelijk als kabinet en parlement een eigen machtsbasis, een eigen kiezersmandaat hebben. „Alleen dan kunnen ze zich werkelijk zelfstandig tegenover elkaar opstellen.”
Daartoe moet ons hele politieke systeem op de kop. „Dan moet je toe naar een presidentieel stelsel, naar de bevoegdheid voor het parlement om zelfstandig ambtenaren te bevragen en naar een effectief eigen onderzoeksinstituut voor de Kamer, om maar enkele zaken te noemen.”
Begrijpen Verhagen, Van Aartsen en Dittrich dit soms niet? „Wat Dittrich bezielt, weet ik niet. Maar CDA en VVD hebben geen trek in welke bestuurlijke vernieuwing dan ook. Zelfs in de gematigde plannen van D66-minister De Graaf zien zij niets. Daarom hebben zij deze act bedacht. Nu kunnen zij zeggen: Zie je wel, we zijn al dualistisch! Al die pogingen om de positie van de Kamer, door bijvoorbeeld regionale kandidaten, te versterken, zijn niet nodig. Ze zoeken een verhaal om verandering tegen te houden.”