Economie

Rien Heij uit Bennekom knapt graven op

”Plezier in” is wat minder passend, maar ”passie voor” zijn werk heeft hij zeker: Rien Heij (71) uit Bennekom verdient zijn brood op het kerkhof. Hij plaatst, onderhoudt en restaureert grafmonumenten. En soms „loopt hij voor” bij een begrafenis.

15 January 2018 19:35Gewijzigd op 17 November 2020 03:11
Mensen hebben soms geen flauw benul van een hiernamaals, ervaart Rien Heij in gesprekken op de begraafplaats. ​beeld RD, Henk Visscher
Mensen hebben soms geen flauw benul van een hiernamaals, ervaart Rien Heij in gesprekken op de begraafplaats. ​beeld RD, Henk Visscher

Ik heb altijd al meer met restauratie gehad dan met nieuwbouw. Toen mijn broer en ik vroeger een aannemersbedrijf hadden, heb ik eens een jaar in het Openluchtmuseum in Arnhem gewerkt. Daar deed ik mee aan de herbouw van een kerk uit Zeeland. Prachtig! Op mijn 39e werd ik mede-beheerder van de begraafplaats in Ede. Ik deed er alle voorkomende werkzaamheden: onderhoud van het terrein, graven delven, soms een opgraving doen. Ik leerde er ook voorlopen, dat wil zeggen dat je de familie naar het graf brengt.

Na tien jaar in Ede ben ik voor mezelf begonnen. Ik onderhoud graven, ik plaats en restaureer grafmonumenten en grafkelders. Ook verhuur ik me nog steeds als voorloper. Verder ben ik beheerder van de rooms-katholieke begraafplaats in Ede.

Wat ik zo mooi vind in dit werk is het contact met mensen. Over sterven en begraven wordt weinig gesproken. Mensen stoppen dat weg, ondanks alle toeters en bellen die tegenwoordig bij sommige plechtigheden komen kijken. Vroeger was dat anders. Toen mijn ouders trouwden lag het doodshemd in het kabinet. En bij de boeren lagen de planken voor de kist klaar, van een boom die ze zelf hadden gekapt.

De kerkverlating zie je terug bij begrafenissen. Nabestaanden nemen een mandje met duiven mee, laten ballonnen op, strooien bloemen en maken muziek. Trouwens, ook rooms-katholieken beleven een begrafenis anders dan wij als protestanten. Die gaan er veel gemakkelijker mee om. Als je goed geleefd hebt, is je bestemming zeker, zo denken ze.

De begraafcultuur verschilt van plaats tot plaats, daar moet je als voorloper wel van op de hoogte zijn. In het noorden lopen ze soms zeven keer met de kist rondom de kerk en probeer niet te smokkelen, want de koster telt mee. Ik vind dat je zulke gebruiken moet respecteren, los van wat ik er zelf van vind.

Een grote grafkelder die ik jaren geleden heb gerestaureerd, is die van de familie Van Wassenaer op de gemeentelijke begraafplaats in Bennekom. Deze familie woonde vroeger op kasteel Hoekelum, tussen Ede en Bennekom. Die kelder heeft een monumentenstatus. Mijn broer heeft me toen geholpen. We hebben de kelder van binnen en van buiten opgeknapt. Het hekwerk was groen maar de monumentencommissie vond dat ik dat zwart moest verven. Ik was het daar niet mee eens, omdat de familie ooit bewust een groen hek had laten maken. Dat moet je respecteren, vind ik.

Op de begraafplaats heb ik soms onverwachte gesprekken met mensen die er bijvoorbeeld een graf bezoeken. Dat gaat wel eens heel diep, dan voel ik me net een pastoraal werker. Mensen hebben soms geen flauw benul van een hiernamaals. Als het dan over cremeren gaat, wijs ik erop dat dat niet Bijbels is. De Heere Jezus werd begraven, zeg ik dan. Ik heb twee keer meegemaakt dat mensen na zo’n gesprek hun testament lieten veranderen.

Ik word ook wel om advies gevraagd, vooral door mensen die geen kinderen hebben en niet weten hoe ze hun begrafenis moeten regelen. Een keer belde een mevrouw. Ik had het graf van haar man in onderhoud. Ze was bang dat de kinderen haar wilden laten cremeren, ze kon er gewoon niet van slapen. Ik heb toen bemiddeld en uiteindelijk is ze toch bij haar man begraven.

Ik hoop het werk nog een poosje te mogen blijven doen. Niet voor het geld, maar omdat het mij energie geeft. En voor de contacten met de mensen. Zestien jaar geleden kreeg ik darmkanker. Ik ben geopereerd, kreeg chemo en mocht genezen. Vorig jaar kreeg ik voor het laatst controle. De arts vroeg wat ik voor werk deed. Ik zei: wat u ontvalt, verzorg ik. Hij antwoordde: „Doorgaan!”

Loopbaan Rien Heij

Evert Marinus Heij (1946) wordt geboren in Ede. Aan de ambachtsschool wordt hij opgeleid tot timmerman en metselaar. Later volgt hij een cursus voor aannemer. Nadat hij enige tijd bij een ander heeft gewerkt, begint hij met een broer een eigen bouwbedrijf. Van 1985 tot 1995 is hij mede-beheerder van de gemeentelijke begraafplaats in Ede, waarvoor hij ook een opleiding volgt. Daarna start hij E.M. Heij grafsteenonderhoud en -renovatie. Rien Heij is getrouwd met Aaltje van Kruistum. Ze hebben vier kinderen en negen kleinkinderen. Het echtpaar is lid van de gereformeerde gemeente in Wageningen.

Meer over
Bezield werk

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer