Column: De prijs van chocoladeletters
Menig Nederlander viert vanavond sinterklaas. Gezinsleden verrassen elkaar met leuke cadeaus en met meer of minder geslaagde gedichten. Er staat lekkers op tafel: pepernoten, marsepein, taaitaai….
De mate waarin Sinterklaas erbij gehaald wordt, zal per gezin verschillen. Bisschop Nicolaas, want op hem gaat Sinterklaas terug, werd eind derde eeuw geboren in Klein-Azië, het huidige Turkije. Tijdens kerkelijke vergaderingen droeg hij een mijter, een puntige hoed, op zijn hoofd. Nicolaas stond bekend om zijn vrijgevigheid. Eens kwam hem ter ore dat een arme edelman niet voor zijn dochter kon zorgen. Bisschop Nicolaas stuurde een knecht naar de edelman toe. Toen na lang kloppen de deur bij de edelman openging, wierp de knecht van de bisschop een zak geld naar binnen.
In de lijn van Sinterklaas zou je een pleidooi kunnen voeren voor ”een pakje voor de armen”, een mooie gift op 5 december, in het bijzonder voor de mensen die het goed kunnen gebruiken.
Maar laten we het even wat ingewikkelder maken. Want Sinterklaas komt niet zonder zijn Pieten. In Gouda kwam ik onlangs een heus Pietje van nog geen tien jaar tegen op zijn fietsje. Het kereltje was helemaal zwart geschilderd. Hij leek zich er totaal niet van bewust dat Piet maatschappelijk zwaar onder vuur ligt. Tot op de opiniepagina van het RD toe, waar twee weken geleden betoogd werd dat Piet, zolang hij zwart is, ons bepaalt bij onze ereschuld aan slaven. Volgens de auteur had de reformatorische traditie door de eeuwen heen veel krachtiger afstand moeten nemen van slavernij.
Ik wil hier in deze column niet het laatste woord spreken over Piet. Zo zou de vraag gesteld kunnen worden of iets wat misschien niet helemaal serieus bedoeld is, wel honderd procent serieus genomen moet worden. Toch kunnen we met een kromme stok ook een rechte slag slaan. Het is niet verkeerd om via Piet weer eens na te denken over ons verleden. En het is al helemaal niet verkeerd om eerlijk te kijken naar het heden.
Op papier is de slavernij al lang geleden afgeschaft. In de koloniale tijd was slavernij een gangbare praktijk. Of er nu wel of niet breed verzet was in de kringen van de Nadere Reformatie tegen slavernij, feit is dat predikanten zoals Wilhelmus à Brakel, de gebroeders Teellinck en Gisbertus Voetius zich openlijk hebben verzet tegen slavernij. In de 19e eeuw was het mr. G. Groen van Prinsterer die zich als parlementslid sterk heeft gemaakt voor de afschaffing van de slavernij. Die werd in 1863 een feit.
De datum van 5 december zit gebeiteld in de Nederlandse cultuur. Als burgers er zelf niet aan denken, herinnert de commercie hen er wel aan. Wat bijna geen lezer van deze column echter weet is dat het zaterdag, 2 december, de Internationale Dag voor de Afschaffing van de Slavernij was. Even de onthutsende realiteit: ook al is op papier de slavernij afgeschaft, in werkelijkheid zijn er naar schatting wereldwijd ruim 40 miljoen moderne slaven. Een op de vier moderne slaven is kind. Een op de acht moderne slaven is seksslavin.
Behalve hele slavernij, zijn er ook nog allerlei vormen van halve slavernij. Geen Sinterklaas zonder chocoladeletter. Veel mensen die op de cacaoplantages in West-Afrika lange dagen maken, krijgen nog steeds geen fatsoenlijk loon. In heel wat chocoladeproducten zit palmolie verwerkt. De palmteelt in landen zoals Indonesië gaat gepaard met grootschalige ontbossing en verslechtering van de leefomstandigheden voor de lokale bevolking. Onze chocoladeletters hebben een prijs.
Het schokkendste nieuws als het om slavernij gaat, komt uit Libië. Onlangs waren undercoverreporters van de Amerikaanse nieuwszender CNN getuige van een heuse slavenverkoop bij opbod in dit wetteloze land. Momenteel zitten er naar schatting 400.000 Afrikanen uit landen als Niger, Mali en Senegal vast in Libië. Ze zijn op zoek naar een betere toekomst in Europa. De Middellandse Zee kunnen ze niet over: als ze al geen eerloze verdrinkingsdood sterven, worden ze tegengehouden of teruggestuurd. Mensenhandelaars zien er brood in. De migranten gaan voor een paar honderd dollar over de toonbank. CNN bracht het schrijnend in beeld. Het werd wereldnieuws.
Zomaar een idee, om van die oeverloze pietendiscussie af te raken: kunnen we ons niet onderscheiden door 2 in plaats van 5 december te gaan vieren? Geïnspireerd door A Brakel, Voetius, de Teellincks en Groen van Prinsterer kunnen we ons op die dag uitspreken voor de herafschaffing van de slavernij. Wie weet wat er nog uit voortkomt.
Evert-Jan Brouwer is politiek adviseur voor Woord en Daad.