Vuurwerkbranche vreest symboolpolitiek
De vuurwerkbranche is blij dat in het voorstel van de Onderzoeksraad voor Veiligheid ook de aanpak van illegaal vuurwerk en handhaving van de openbare orde speerpunten zijn. Toch is ze ook bang dat de aanbeveling om vuurpijlen en rotjes te verbieden slechts symboolpolitiek is.
„Het wekt de indruk dat je daarmee de problemen oplost. Maar jongeren die voor overlast zorgen, lopen heus niet rond met legaal Nederlands vuurwerk”, zegt Leo Groeneveld van de Belangenvereniging Pyrotechniek Nederland (BPN).
De verkoop van legaal knalvuurwerk loopt volgens hem al terug. „Toch wordt er nog steeds veel geknald, maar dan vooral illegaal. Twee derde van het knalvuurwerk in ons land is illegaal en juist daar hebben de mensen last van en juist daardoor ontstaan letsel en vernielingen”, aldus Groeneveld. Hij vreest ook dat een verbod leidt tot meer invoer van illegale producten.
De verkoop van legaal knalvuurwerk vormt nog maar 8 procent van de omzet van de branche. Bij vuurpijlen gaat het om 7 procent. De grote meerderheid betreft siervuurwerk zoals potten en zogenoemd kindervuurwerk als sterretjes en grondbloemen.
Maar als een verbod op vuurpijlen en rotjes een deel van de oplossing is, dan ondersteunt BPN dat. „We hebben al met de overheid afgesproken legaal vuurwerk te screenen op veiligheid. De detailhandel doet verder aan voorlichting aan de consument. Zo gaan via ons tienduizenden vuurwerkbrillen over de toonbank.”