Meer kinderen in gesloten jeugdzorg
In de eerste helft van dit jaar zijn in Nederland 1719 jongeren in een instelling voor gesloten jeugdzorg geplaatst. Dat is ruim 12 procent meer dan in 2014.
Dat maakte branchevereniging Jeugdzorg Nederland dinsdag bekend. Door de hogere instroom dreigen de zogenaamde JeugdzorgPlusinstellingen vol te raken, zegt Jeugdzorg Nederland.
Zorg in gesloten instellingen wordt geboden aan kinderen en jongeren die een risico zijn voor zichzelf of hun omgeving. Het plaatsingsbesluit moet door de rechter worden goedgekeurd. In veel gevallen spreekt de rechter dan ook een kinderbeschermingsmaatregel uit, waarbij de ouders of opvoeders onder toezicht komen of tijdelijk worden vervangen door een voogd.
In de eerste helft van 2017 gebeurde dat echter bij een kwart van de plaatsingen niet. Dat is vaker dan in 2014, toen de rechter bij 19 procent afzag van een kinderbeschermingsmaatregel. Bestuurslid Bas Timman van Jeugdzorg Nederland vindt dat die stijging nader moet worden onderzocht.
Het streven van de in 2015 van kracht geworden jeugdwet was jongeren minder zware hulp te bieden, maar sneller hulp dichtbij. „Dat lijkt nog onvoldoende gelukt”, zegt Timman. Hij benadrukt wel dat de gemiddelde verblijfsduur van jongeren in JeugdzorgPlusinstellingen ten opzichte van 2014 van acht naar zeven maanden is gedaald.
In een brief aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het ministerie van Volksgezondheid pleitte Jeugdzorg Nederland dinsdag voor meer budget voor vernieuwende methoden en zorgvormen waarmee plaatsing in een gesloten instelling kan worden voorkomen. Timman: „Het is tijd voor boter bij de vis.”