Christus vinden
Mattheüs 7:13
„Gaat in door de enge poort; want wijd is de poort en breed is de weg die tot het verderf leidt, en velen zijn er die door dezelve ingaan.”
Een vriend van ons is ons komen opzoeken. Per trein is hij door ons drukke Londen gereisd. Plotseling wordt hij bleek. We vragen hem wat er aan de hand is, en hij antwoordt: „Ik heb mijn portefeuille verloren, en die bevatte al het geld dat ik in de wereld heb.” Hij gaat het bedrag na tot op een penny, en geeft een beschrijving van de cheques en rekeningen.
Wij zeggen hem dat het een grote troost voor hem moet zijn dat hij zo nauwkeurig met de grootte van zijn verlies op de hoogte is. Het schijnt dat hij de waarde van onze vertroosting niet inziet. Wij verzekeren hem dat hij er dankbaar voor moet zijn dat hij zo’n helder inzicht in zijn verlies heeft. Want veel mensen zouden wellicht hun portefeuille hebben verloren zonder dat zij ook maar enigszins hun verliezen konden berekenen.
Onze vriend wordt echter niet het minst opgebeurd. „Nee”, zegt hij, „zeg mij liever, waar ik mijn eigendom kan terugvinden. Alleen mijn verlies te kennen biedt geen enkele troost.”
Zo ook is geloven dat je hebt gezondigd en dat je ziel voor het gericht van God niet kan bestaan een zeer uitstekende zaak, maar dit zal je niet zalig maken. De zaligheid ligt niet in het kennen van onze verlorenheid, maar in het volledig aangrijpen van de bevrijding, die gereed ligt in Christus Jezus.
Charles Haddon Spurgeon, predikant te Londen
(”Rond de enge poort”, 1889)