Economie

Gerhard Hormann over ‘gratis’ bankadvies dat altijd geld kost

Onlangs schreef ik dat bedrijven die u ongevraagd rond etenstijd bellen, slechts hun eigenbelang voor ogen hebben. Dat principe gaat ook op voor banken die contact opnemen voor een ‘gratis’ gesprek met een van hun adviseurs.

Gerhard Hormann
26 May 2017 15:13Gewijzigd op 17 November 2020 01:44
beeld ANP, Koen van Weel
beeld ANP, Koen van Weel

Gratis bestaat niet in deze wereld. Als consument betaal je altijd via de achterdeur –of zonder het in de gaten te hebben– voor diensten die op papier zogenaamd niets kosten.

Merkwaardig genoeg was ik minder dan een jaar geleden al eens uitgenodigd voor een soortgelijk gesprek door precies dezelfde bank. Dat meldde ik ook meteen toen ik daarvoor opnieuw werd benaderd, maar dat bleek geen enkel bezwaar. Het kon immers best zijn dat er de afgelopen tien maanden belangrijke zaken waren veranderd in mijn leven of dure dromen waren bijgekomen.

En dus stond er opnieuw een adviesgesprek van anderhalf uur in mijn agenda, waarin alle facetten van mijn financiële planning de revue zouden passeren. Als het om geldzaken gaat, is alles met elkaar verweven. Zo kun je een afgeloste koopwoning beschouwen als een appeltje voor de dorst, maar ook als een soort aanvullend pensioen of een nalatenschap voor de kinderen.

Nu moet ik zeggen dat het heel nuttig kan zijn om al die zaken eens goed op een rijtje te zetten. Het betreft saaie onderwerpen die vaak lastig zijn en taai. Een goede adviseur kan dan helderheid schenken en alles samenvatten in een duidelijke optelsom. Soms blijkt het nodig om bij te sturen, maar het kan ook dat het adviesgesprek leidt tot nieuwe inzichten of gemoedsrust.

In die zin zou de bank iedere klant moeten aanmoedigen (en dus ook moeten uitnodigen) om een dergelijk gesprek te voeren, al was het maar om de ogen te openen van iedereen die post van hun pensioenfonds ongeopend opbergt. Vraag is alleen waarom sommige mensen nóóit op het plaatselijke bankkantoor worden ontboden en andere zelfs twee keer in tien maanden tijd.

Het antwoord laat zich raden, al weet ik niet precies welke criteria de bank daarbij hanteert. Feit is dat ik nooit voor een persoonlijk gesprek zou zijn benaderd als ik mijn bankrekening alleen gebruikte voor de maandelijkse inkomsten en uitgaven, terwijl ik elders spaarde of geld opzij had gezet. Wie alleen een reservepotje heeft voor een wasmachine, is voor de bank niet interessant.

De persoon met wie ik de vorige keer een gesprek had gevoerd, bleek inmiddels vervangen door iemand anders. Deze opvolger was een stuk doortastender, want na het doornemen van alle cijfers werd subtiel geprobeerd om mij ervan te overtuigen dat ik met een deel van mijn spaargeld beter zou kunnen gaan beleggen. Nu de rente opnieuw is gedaald tot een schamele 0,15 procent, leveren aandelen al snel meer op en soms zelfs véél meer.

Tussen neus en lippen door werd daarbij vermeld dat ik de bank in dat geval 1 procent van het ingelegde kapitaal zou moeten gaan betalen aan beheerskosten. Terwijl ik overgeleverd zou zijn aan de grillen van de markt en maar moest afwachten hoeveel rendement mijn beleggingen op zouden leveren, zou ik elk jaar dus feitelijk al een negatieve rente van 1 procent verschuldigd zijn. Wie gaat beleggen neemt in alle gevallen een gok, terwijl de bank zich ondertussen kan koesteren in de zekerheid van een gegarandeerd jaarlijks rendement. Dat is nog eens een bankadvies in het voordeel van de bank.

De auteur is schrijver en publicist. Reageren? hormann@refdag.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer