Politici veroordeeld voor referendum in Catalonië
De Catalaanse oud-premier Artur Mas is maandag veroordeeld wegens het organiseren van een symbolisch referendum over de onafhankelijkheid van Catalonië in 2014. Hij mag twee jaar geen verkozen publieke functie bekleden. Mas werd schuldig bevonden aan ongehoorzaamheid.
De Catalaanse leider, die in januari 2016 plaatsmaakte voor zijn partijgenoot Carles Puigdemont, werd echter vrijgesproken van ambtsmisbruik. Het openbaar ministerie eiste tegen Mas een beroepsverbod van tien jaar. Behalve Mas werden ook twee voormalige ministers uit de regeringsploeg van Mas veroordeeld.
Aan de vooravond van de Catalaanse volksraadpleging op 9 november 2014 had het Spaanse grondwettelijk hof de stembusgang verboden. Dat gebeurde na een klacht van de regering in Madrid.
Het proces is omstreden. Aanvankelijk zag geen van de negen openbare aanklagers bij het regionale hooggerechtshof een misdrijf in de volksstemming over onafhankelijkheid. Maar zij draaiden om als een blad aan de boom toen zij werden teruggefloten door de top van het OM in Madrid.
Mas, Ortega en Rigau hebben hun strafzaak van meet af aan als „een politiek proces” betiteld. Zij herinnerden eraan dat zij in het Catalaanse parlement gekozen waren op basis van een verkiezingsprogramma met een volksstemming over onafhankelijkheid als belangrijkste punt.
„In wat voor democratie leven wij als wij niet eens ons eigen parlement mogen gehoorzamen?” vroeg Rigau zich af in een eerste reactie op het vonnis. Mas kondigde aan in hoger beroep te gaan, „desnoods tot aan het Europees Hof voor de Mensenrechten” in Straatsburg.
De Catalaanse premier Carles Puigdemont liet weten dat zijn regering vastbesloten is om uiterlijk in september een bindend referendum te houden over de onafhankelijkheid van de Noord-Spaanse regio – met of zonder de medewerking van Madrid. De regering in Madrid reageerde met de verzekering er alles aan te zullen doen zo’n referendum te verhinderen.